Toespraak hr v.d. Beeten

SPEECH MR R.H. VAN DE BEETEN BIJ AANBIEDING EINDVERSLAG, UTRECHT, 18 DECEMBER 2017

Vandaag – zes jaar en twee dagen na aanbieding van het rapport van de Onderzoekscommissie Deetman – biedt het bestuur van het Meldpunt – zoals ik de naam van onze stichting voor de gelegenheid afkort – zijn eindverslag aan. We bieden het aan aan vertegenwoordigers van de kerk en vertegenwoordigers van slachtofferorganisaties.

Dat is in de eerste plaats KLOKK, de organisatie met wie ook bestuurlijk de samenwerking het nauwst was. Daarnaast heeft het Meldpunt ook intensief samengewerkt met Mea Culpa United, MCU, en het Vrouwenplatform kerkelijk kindermisbruik, VPKK.

Wij hebben als bestuur sinds begin dit jaar aan het eindverslag gewerkt en gestreefd naar een aanbieding aan kerk en slachtoffers gezamenlijk. Tevens was onze bedoeling om een openbare bijeenkomst te houden met zo weinig mogelijk sprekers, omdat de diversiteit aan beide zijden zou leiden tot misschien wel een uur of meer aan speeches. Daarom verzochten wij de kardinaal namens de kerk het woord te voeren en de heer Klabbers om als spreker afkomstig uit de kring van de slachtoffers te reageren op ons eindverslag. Ik formuleer dit laatste met opzet zo, omdat ook MCU en VPKK ieder hun eigen achterban hebben en hun eigen geluid. MCU is ook aanwezig en beschikbaar voor beantwoorden van vragen en toelichting op hun eigen persbericht over het eindverslag.

Juist nu wij hen niet uitnodigden als sprekers wil ik beginnen met enkele woorden over MCU en VPKK.

Door de vrijwilligers in beide groepen is heel veel en goed werk verzet. Ik noem bij name Bert Smeets, de voorzitter van MCU, die ook nu nog geheel belangeloos veel tijd besteed aan slachtoffers, met name de jongens uit Bleijerheide, die behoefte hebben aan steun en een klankbord. Bij deze inzet heeft Bert zijn gezondheid niet ontzien:

Als tweede noem ik – pars pro toto – Annernie Knibbe van het VPKK. Ook zij heeft geheel belangeloos en als echte vrijwilliger zich ingezet voor haar eigen achterban. Het VPKK werkt onverminderd aan een landelijke voorziening voor ook andere slachtoffers dan die in de kring van de kerk. Op grond van onze eigen ervaring kunnen we het belang van dit streven alleen maar onderstrepen. Aan het VPKK komt tevens de eer toe van verlenging van de termijn waarbinnen klachten konden worden ingediend, wat er toe leidde dat nog vele tientallen slachtoffers de hen toekomende erkenning en genoegdoening verkregen.

Dat brengt mij bij de beslissing om niettemin ons werk af te ronden en het Meldpunt te sluiten. Zoals ook na de uiteindelijke sluitingsdatum bleek, is het aantal slachtoffers dat naar voren trad aanzienlijk afgenomen. Ook bij KLOKK is dat het geval en dat gaf hetbestuur van deze organisatie aanleiding de eigen stichting te ontbinden.

Wil dit zeggen dat alle nog levende slachtoffers naar voren traden? Ongetwijfeld niet. Er zijn mensen bij die er in hun leven in zijn geslaagd om het ondergane misbruik een plaats te geven of die om allerlei redenen er niet met anderen, laat staan enige instantie, over wilden of willen spreken. Er zullen ook mensen zijn bij wie ondanks de vele publiciteit zich nog niet de individuele aanleiding aandiende om er wel over te gaan spreken. Daarom is ook goed dat de kerk ondanks onze beslissing tot sluiting van het Meldpunt wel open blijft staan· voor erkenning van slachtoffers die geen gebruik maakten van de klachtenregeling.

Ons eindverslag sluit dus zeker niet het boek van seksueel misbruik in de rooms-katholieke kerk, maar sluit wel een periode af van intense en intensieve verwerking, van verantwoordelijkheid nemen, ook in bestuurlijke zin door, vertegenwoordigers van de kerk aan wie geen persoonlijke schuld kleefde.

 

 

Een periode ook van intense en intensieve samenwerking op bestuurlijk niveau waarin van slachtoffers die in de besturen van KLOKK, MCU en VPKK zitting hadden, werd gevraagd hun persoonlijke ervaringen in zekere zin te overstijgen om in het belang van de zaak – erkenning en genoegdoening voor slachtoffers, hen waar nodig hulp bieden – tot overleg en oplossingen te komen. In dit verband noem ik ook bij name Guido Klabbers, de voorzitter van KLOKK, aan wiens gezondheid deze jaren evenmin voorbij zijn gegaan.

We hebben als bestuur van het Meldpunt tevens kunnen waarnemen dat deze jaren aan kerkelijke zijde een intense en intensieve ervaring waren. Gaandeweg hebben de hoofdrolspelers daarin aan empathie en coöperatie gewonnen. Dat gaf vertrouwen en dat vertrouwen was de basis om met name in het Voorzittersoverleg vele problemen op te lossen. Naast de heer Klabbers maakten daarvan kardinaal Eijk als voorzitter van de Bisschoppenconferentie deel uit en broeder Van Dam als voorzitter van de Konferentie Nederlandse Religieuzen, de KNR.

Broeder Van Dam is recent opgevolgd door Dom Bernardus, maar heeft het grootste deel van de achter ons liggende zes jaar de last gedragen van zowel in hoedanigheid van KNR-voorzitter als in hoedanigheid van overste van een congregatie waarin helaas misbruikzaken speelden.

Kardinaal Eijk heeft ook na zijn aftreden als voorzitter van de Bisschoppenconferentie in juni 2016 zijn verantwoordelijkheid niet ontlopen en is de bisschoppen blijven vertegenwoordigen in het Voorzittersoverleg.

Iets meer op de achtergrond voor ons als Meldpunt droeg ook de huidige voorzitter van de Bisschoppenconferentie, bisschop Van de Hende, bij aan de oplossing via de Contactgroep van wat in de wandeling wel de ‘losse eindjes’ werden genoemd.

Waar ik zo meteen het eindverslag aanbied doe ik dat ook aan al diegenen achter bisschoppen, oversten en bestuurders van slachtofferorganisaties die sinds de eerste publiciteit in 2010 geworsteld hebben met de schok en de schade van het seksueel misbruik van vooral kinderen in de kerk en die zich hebben ingezet voor erkenning, genoegdoening en hulp.

Ik bied het eindverslag ook niet aan namens mijzelf of enkel het bestuur, maar vooral ook namens al diegenen die op het Meldpunt hun bijdragen leverden en waarvan vandaag ook vertegenwoordigers aanwezig zijn: Klachtencommissie, Compensatiecommissie, Platform Hulpverlening en alle medewerksters en medewerkers op het Meldpunt zelf.

Wij allen hopen vooral de slachtoffers een dienst te hebben bewezen.

Wij hechten er ook aan dit eindverslag in een bijeenkomst met de media aan te bieden, omdat wij ons als bestuur er bewust van zijn dat de samenleving ernstig geschokt was en is door het schandaal van het kindermisbruik in de kerk. Met het eindverslag leggen we dus mede verantwoording af aan de samenleving voor ons werk.

We leggen echter vooral verantwoording af aan de slachtoffers die, ook al was het enkel door hun melding, erop rekenden dat wij zorgvuldig te werk zouden gaan en ons best zouden doen hun vertrouwen niet te beschamen.

Wij hopen daarin te zijn geslaagd.

Ik zal nu eerst het eindverslag aanbieden aan kardinaal Eijk, dom Bernardus, de heer Klabbers en de heer Smeets; daarna zal ik bisschop Van de Hende, broeder Van Dam, de heren Russen Van Tartwijk van KLOKK en de heer en mevrouw Bosch van MCU uitnodigen om het eindverslag in ontvangst te nemen.