Column september 2010

Kerk zonder dialoog

Flinke schade voor de kerk

Als iets duidelijk geworden is uit de crisis rond het seksueel misbruik in de kerk, dan is het wel dat de kerk als instituut flinke schade heeft op­gelopen. Het heeft als zodanig zijn geloofwaar­digheid voor een groot deel verloren. Doofpot­strategieën en zwijgcultuur zijn ontmaskerd, zodat alles bloot is komen liggen. Excuses aan­bieden kan niet voorkomen dat het vertrouwen in de leiding van het instituut bijna volledig verloren is gegaan. De enige manier om dit ver­trouwen te herstellen is tussen de leiding en de basis een beraad op gang brengen waarin alle zaken van belang aan de orde gesteld worden. Maar daarin zit nu juist de moeilijkheid. Een pastoraal beraad bestaat niet in de Kerk van Ne­derland.

 

Vlamingen kunnen wel
Onze zuiderburen daarentegen vierden on­langs het veertigjarig bestaan van het IPB, het Interdiocesaan Pastoraal Beraad. Het IPB is het ruimste overleg- en adviesorgaan van de Vlaam­se Kerk. Christenen uit alle geledingen gaan in dit orgaan in dialoog over thema’s op het snij­punt van kerk en samenleving. Zo besteedde het IBP aandacht aan man-vrouw samenwer­king in de kerk, multiculturaliteit, verkeers­veiligheid, zondagsrust, huwelijk, homosek­sualiteit, jeugdbeweging en armoede. Ook de bisschoppen nemen aan dit beraad deel, zodat er weliswaar breekpunten ontstonden in de dia­loog – met name waar het ging over de seksuele moraal en de wijding van vrouwen tot priester ­maar tot een sterke polarisatie zoals in ons land is het nooit gekomen. De dialoog is nooit ge­stopt. Dit is de verdienste van het IPB. Ondanks de meningsverschillen bleef het gesprek gaande en werd getracht elkaar te begrijpen, hoewel de standpunten vaak ver uit elkaar lagen.Kom daar in ons land maar eens om!

Wat Nederland niet klaarspeelt
Hoe hard hogerhand ook beweert dat de polarisatie voor­bij is, bestaat deze wellicht sterker dan in de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen zij een hoogtepunt bereikte. Was dit beraad er wel ge­weest, dan hadden zaken als communie voor homoseksuelen en kerkelijke goedkeuring voor liederen op een andere manier kunnen worden opgelost dan nu waar ze zorgden voor binnen­kerkelijk gedoe. Maar wie kan de Nederlandse bisschoppen op één lijn krijgen om tot de op­richting van zo’n interdiocesaan beraad te ko­men? In wezen gaat het er bij dit beraad om oot men afstapt van het piramidale en statische kerkbeeld ten voordele van een meer open en dynamische kerk die zichzelf ziet als dienst aan de wereld. Om die dienst waar te maken is juist een ruime dialoog met alle krachten nodig. Zo’n kerk heeft niet langer de pasklare antwoorden, maar zoekt hoe zij gestalte kan krijgen in de concrete ge­schiedenis van vandaag. Een gedecentraliseerd beleid is wezensnoodzakelijk om de problemen van deze tijd aan te kunnen. Als in ons land deze dialoog niet op gang komt zoals in een of­ficieel interdiocesaan beraad als dat in België, zullen de moeilijkheden zich telkens op een an­der niveau demonstreren. De polarisatie zal er door versterkt worden en het vertrouwen in de leiding steeds verder afnemen. Dat moet voorko­men worden, voorzover nog mogelijk.

 

TB