Vaticaanse scherpslijperij tegen Ierse beschuldigingen

Bijna twee maanden heeft de leiding van de rk-kerk nodig gehad om de Ierse regering te antwoorden op de beschuldigingen dat het Vaticaan geprobeerd heeft gevallen van misbruik van minderjarigen door Ierse priesters, paters, broeders en nonnen onder het vloerkleed te schuiven. Bovendien zou het Vaticaan de Ierse justitiële autoriteiten misschien niet echt hebben tegengewerkt, maar dan toch minstens onvoldoende hebben meegewerkt om de schuldigen op te sporen en strafrechtelijk te vervolgen.

Cloyne Report 

De barse beschuldigingen van de Ierse overheid waren samengevat in het zg ‘Cloyne Report’ , waarin de misbruikgevallen in het bisdom Cloyne waren geregistreerd. Katholiek Ierland was geschokt, beschaamd, verontwaardigd en boos. In een eerste reactie probeerde de aartsbisschop van Dublin olie op de hoge golven te gooien door de Ierse premier en zijn kabinet te smeken om de zaak niet onnodig op de spits te drijven.

Geen excuses

Daarna werd het stil rond het omvangrijke misbruikschandaal in de Ierse katholieke kerk. Tot dit weekeinde het langverwachte antwoord van het Vaticaan kwam. Twintig pagina’s, waarin punt voor punt wordt ingegaan op de beschuldigingen van doofpot-cultuur en gebrek aan medewerking.

In slechts twee alinea’s – aan het begin en het einde – wordt gesproken over ‘de afschuw en schaamte over de omvang en de duur van het misbruik van kinderen en jongeren’. En in de slotalinea staat nog eens dat het Vaticaan nog immer verdriet en spijt voelt over hetgeen de slachtoffers en hun families is aangedaan. Van onverbloemde excuses, in welke vorm dan ook, is geen sprake.

Ontlopen verantwoordelijkheid

Afgezien van die twee passages waarin ongetwijfeld oprecht gevoel voor de slachtoffers doorklinkt, is het omvangrijke antwoord een knap staaltje van Vaticaanse scherpslijperij: enerzijds om de beschuldigingen te weerleggen, anderzijds om een stuk directe verantwoordelijkheid alsnog te ontlopen.

In 1997 schreef de toenmalige nuntius in Ierland een brief aan de Ierse bisschoppen. Daarin stond de reactie van de Congregatie (Vaticaans ‘ministerie’) voor de Clerus op een intern rapport van de Ierse bisschoppen inzake het kindermisbruik in diverse bisdommen.

Het Vaticaan betoogt nu dat voor dat document nooit het stempel “recognito’ is gevraagd (en ook niet ongevraagd is afgegeven!), waardoor het document een officiële status zou hebben gekregen, volgens canoniek recht. Met andere woorden : het bleef een intern stuk van en voor het Ierse episcopaat. Het lijkt alsof het Vaticaan, althans de verantwoordelijke Congregatie, zich de handen in (betrekkelijke) onschuld wast: wat de Ierse bisschoppen onder en met elkaar regelen was hun zaak. Wat natuurlijk niet zo was, en is. Uiteindelijk blijft het hoogste gezag van de rk-kerk verantwoordelijk voor de miskleunen op lagere echelons, ook als het bisschoppen betreft en zeker als het gaat om strafbare feiten.

Louter juridisch verweer

Het is vrij gemakkelijk voor het Vaticaan om de schaarse concrete beschuldigingen van tegenwerking en doofpotcultuur te weerleggen, maar tegelijk onttrekt de Curie zich aan een morele medeverantwoordelijkheid. Wat decennia lang binnenskamers geregeld werd door schuldige priesters over te plaatsen of in kloosters op te bergen, blijft nog altijd een verfoeilijke binnenkerkelijke aanpak. Des te meer hamert het Vaticaan op recente maatregelen om herhalingen van kindermisbruik te voorkomen. Hoe harder je immers roept over een betere toekomst des te sneller wordt het slechte verleden vergeten; hoopt men in Rome…

Hoe scherpzinnig gedocumenteerd ook, het Vaticaanse antwoord blijft onbevredigend. Het is vooral een louter juridisch verweer met aan het slot het aanbod van het Vaticaan om op alle mogelijke manieren met de Ierse autoriteiten te willen samenwerken om een einde te maken aan deze misdadige praktijken.

Ter toelichting verklaarde de Vaticaanse woordvoerder, pater Lombardi, dat ‘het Vaticaan verder geen behoefte heeft aan nutteloze polemiek’. Met andere woorden: dossier gesloten, onder het motto van : zo zijn onze gebruiken…

franswijnands@telenet.be

Niet gecategoriseerd