Leken zijn pastoor

Als je de traditionele organisatievorm van parochies als enige mogelijkheid blijft zien, zijn de problemen niet meer te overzien. Het priestertekort in de meeste Europese landen daagt uit tot onorthodoxe oplossingen.

In onderstaande tekst enkele citaten uit een artikel van de abt van Berne-Heeswijk. Het volledige artikel vindt u in ons dossier plaatselijke geloofsgemeenschap

Door: Denis Hendrickx, abt van Berne-Heeswijk

De tijd van pastoor en kapelaans is voorbij. In veel Europese landen hebben bisschoppen besloten om het aantal parochies door administratieve parochiefusies kunstmatig aan te passen aan het aantal beschikbare priesters, of werd er een priester benoemd tot pastoor van twee of meer parochies, met alle overleg- en vergadergevolgen van dien.

Nu al blijkt dat het samenvoegen van parochies op langere termijn geen soelaas biedt. We zien hoe priesters overbelast raken met administratieve taken. In sommige landen wordt daarom onder leiding van nota bene bisschoppen zelf op zoek gegaan naar andere modellen, weliswaar binnen de kaders van het Katholieke kerkelijke recht en niet zelden bewust de randen ervan opzoekend.

De roep om de uitdagingen van het priestertekort positief te beantwoorden is niet nieuw. In 2007 bijvoorbeeld schreef de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR) hierover een open brief aan de Nederlandse Bisschoppen. “Niet te ontkennen is, dat het priestertekort zich steeds meer en ook duidelijker manifesteert. ……. wij vragen ons af, of hier God ook niet aan de ‘priesterkerk ‘vraagt, plaats te maken voor een andere vorm van kerk – niet dat daarin geen plaats meer zou zijn voor priesters, maar een vorm van kerk-zijn waarin de uitoefening van het ambt een eigen maar geen overheersende plaats inneemt – een kerkvorm waarin de gelovige gemeenschap zichzelf draagt, daarbij gesteund en geholpen door ambtsdragers. Een vorm van kerk-zijn die meer verweven is met wat er al aan ‘gemeenschap’ leeft. Geen verticaal kerkbeeld, maar horizontaal. Zo een gemeenschapsideaal leeft ook steeds meer onder ons en wordt ervaren als ‘teken van de tijd’, als weldadig.”

Recente informatiestromen laten ook zien dat er binnen het Vaticaan – al is het nog voorzichtig – toch enige beweging merkbaar is. ….

De groeiende praktijk
Theoloog Hendro Munsterman verhaalde in september in het Nederlands Dagblad enkele ervaringen van nieuw ingeslagen wegen. In het Duitse bisdom Osnabrück zijn leken als parochieverantwoordelijken aangesteld. …

Het bisdom Keulen en Maagdenburg zijn dit model verder aan het ontwikkelen…..

En wat nu met onze Nederlandse kerk?
In de reeds aangehaalde KNR-brief aan de Nederlandse bisschoppen – nu ruim 10 jaar geleden – werd al uitgesproken dat uit alle discussies op lokaal of bovenlokaal niveau blijkt, dat het vooral zou dienen te gaan om een vorm van kerk-zijn die meer verweven is met wat er al aan ‘gemeenschap’ leeft. Geen verticaal kerkbeeld, maar horizontaal. …. Het afnemen van het priesterbestand en de groei van lekenverantwoordelijkheid moeten dan ook geduid worden als ‘tekenen van de tijd’. Is hier Gods Geest werkzaam? …

Als we strak blijven vasthouden aan kerkmodellen met enkel celibataire priesters formeel als eindverantwoordelijken voor het pastoraat en de organisatiestructuur van de geloofsgemeenschappen, dan lijkt de somberheid alleen maar toe te nemen. Met verantwoordelijken op de verschillende niveaus – van lokale bisschop tot de plaatselijke parochiebestuurder – en geruggesteund door het hoogste kerkelijke gezag uit Rome zal creatief gezocht moeten worden naar plaatselijke mogelijkheden. Aan vrouwen of mannen, gehuwd of ongehuwd, daartoe gevormd en opgeleid, dient de dienst van inspiratie en de leiding te worden toevertrouwd. Het zal zeker in de meeste gevallen geen fulltime betaalde functie kunnen zijn, maar meer een deeltaak.

In de verschillende geloofsgemeenschappen welke van oudsher aan norbertijnen van Berne zijn toevertrouwd, zie ik geen mogelijkheid om norbertijnen voor te dragen om de leiding van het pastoraat op de schouders te nemen. Wat ik wel zie en voel is dat mensen de relatie met Berne willen vasthouden en dat de lokale kerngemeenschap van groot belang wordt geacht. Kerkgemeenschappen zijn lange tijd het bindmiddel van de plaatselijke gemeenschap geweest.

Door een kerkgebouw te sluiten, door een parochie te laten fuseren, is het gevaar groot dat een belangrijke plaatselijke infrastructuur verdwijnt.  Kerk-zijn is en blijft vooral: aanwezig zijn in de omringende samenleving, je oor te luisteren leggen en handen en voeten geven aan wat gehoord en gezien wordt. De organisatie en de dienst van de leiding zouden daaraan moeten worden aangepast, hoezeer de mogelijkheden soms ook de nodige beperkingen in zich dragen.

Denis Hendrickx is abt van de Abdij van Berne      

Bent u door het lezen van dit artikel, dat eerder werd geplaatst in BERNE (december 2019), geïnteresseerd geraakt in BERNE, vraag dan een abonnement aan bij: secretariaat@abdijvanberne.nl. Of bij het secretariaat van de Abdij van Berne, Abdijstraat 49, 5473 AD in Heeswijk. Losse exemplaren vindt u ook in Berne Boekhandel in de Abdij/Priorij de Schans/ Priorij de Essenburgh/Sint Catharinadal en in de verschillende parochies van de Norbertijnen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *