Eerst de feiten, dan pas verdraaien…

*** zondagsmijmering ***

Oeps, ik hobbel achter de feiten aan en dat mag je een journalist dubbel aanrekenen. Niet juli is, maar juni wàs dit jaar de Maand van de Filosofie; of eigenlijk april, maar corona maakte een verschuiving noodzakelijk. Het thema was dit jaar: de waarheid. Een onderwerp waar je eigenlijk nooit over uitgepraat raakt, waar of niet? 

In het Evangelie van Johannes zegt Jezus: ‘Ik ben de Waarheid’. Kennelijk is dat voor veel mensen niet voldoende. De dichteres Nel Benschop (1918-2005) was tijdens haar leven de best verkochte dichter van ons land. Vooral omdat haar werk meer pastoraal en troostend was dan hoogstaand literair. Aan het einde van haar actieve loopbaan is ze nog enige tijd lerares Nederlands geweest aan het Christelijk Lyceum, in Veenendaal… 

In haar bundel ‘Een boom in de wind’ staat een gedicht over die uitspraak van Jezus, ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven’. Eén couplet daar uit:  

Er is één Waarheid die niet wreed verwondt 

en die genade gelden laat voor recht.

Ik ben de Waarheid die de Vader zond 

Ik heb de leugen ’t zwijgen opgelegd

Mooie tekst, die je zo aan de muur van de werkkamer van Donald Trump kunt hangen. Want sinds ‘n krappe meerderheid van de Amerikanen een beroepsleugenaar onderdak in het Witte Huis heeft verleend, raakt de waarheid meer en meer uit zicht en zegeviert de leugen. Het doet even denken aan een spontane uitspraak van toenmalig koningin Beatrix, die op een bijeenkomst van het Genootschap van Hoofdredacteuren, in 1999, tijdens een informeel gesprekje met enkele aanwezigen nogal kribbig zei: ’De leugen regeert’, daarmee doelend op de lang niet altijd correcte berichtgeving over het koningshuis. 

Donald Trump neemt zijn hele leven al een loopje met de waarheid en elke waarheid, elk bewezen feit die hem niet bevallen noemt hij fake news, nepnieuws. De schrijver Mark Twain wist al van de hoed en de rand: ‘Je moet de feiten kennen vooraleer je ze kunt verdraaien…’. Maar Trump laat dag in, dag uit zien en horen dat je – bij voorkeur zònder feitenkennis – àlles kunt verdraaien.   

‘Net als filosofen zijn journalisten toegewijd aan de waarheid, maar ze weten allebei dat die niet bestaat’, schreef Marcel Becker in een artikel in Trouw, begin deze maand. Hij is hoofddocent aan de Radboud Universiteit (Nijmegen) met als specialisme ethiek van de digitale media. ‘Journalistiek, zegt hij, ‘heeft een maatschappelijke functie, het draait om de complexe verhouding van mensen tot de waarheid’. Puur feiten opsommen is geen journalistiek. Het gaat ook om de duiding, de samenhang, de context, de sfeertekening, de dwarsverbanden, de achtergronden en dat zijn allemaal ‘vijanden’ van de objectiviteit. Dat Jan Rap en z’n maat Donald Trump liegen alsof ’t gedrukt staat, mag voor een journalist nooit een reden zijn om dan dus óók maar leugens af te drukken. Integendeel.

De eerste vakantiegangers komen alweer terug. Niet altijd even opgewekt en uitgerust. Zo beklaagde een vrouw zich bij haar hartsvriendin dat ze de totaal verkeerde dingen mee op vakantie had genomen. ‘Maar wat dan?’. ‘M’n man en de kinderen’… 

De oud-premier van België en oud-voorzitter van de Europese Raad, Herman van Rompuy, zei in een recent interview in een Vlaamse krant dat hij het liefst een goed mens wil zijn en ook bij anderen op zoek gaat naar goedheid. Ik zet het op mijn lijstje van goede voornemens. Dat is een heel kort lijstje, want hoe meer je er op zet, hoe minder je ervan kunt realiseren. Het goede doen is sowieso nooit verkeerd. Bovendien krijg je er misschien wel iets voor terug: want wie goed doet, goed ontmoet. 

De cabaretier Paul van Vliet schreef ook eens neer wat ‘ie wilde zijn: Lichter.

Lichter wil ik voor je zijn 

zodat mijn zwaargewicht wat minder op jouw dagen drukt

Zachter wil ik voor je zijn 

zó zacht dat mijn lawaai jouw ritme niet meer zal verstoren

Ruimer wil ik voor je zijn 

zodat mijn grilligheid jouw vrijheid niet verstikt

Liever wil ik voor je zijn 

zodat wij in ons huis de stilte van elkaar weer kunnen horen

Vrolijk wil ik voor je zijn

zodat jij lachend om het leven in jezelf kunt groeien

En ook al ben ik meer verbonden met de herfst 

ik zal in de lente bloemen zaaien die de hele zomer zullen bloeien… 

Vierentwintig uur in een etmaal en vierentwintig flesjes in een kratje. Dat kàn toch geen toeval zijn… En nou ik het toch over bier heb, nog een hartversterkende uitspraak van de Amerikaanse schrijver en columnist Dave Barry die me aanspreekt. Hij vindt het bier de grootste uitvinding van de mensheid. ‘Natuurlijk is het wiel ook een grote uitvinding, maar bier past beter bij een pizza dan ’n wiel…’. 

Het schijnt dat Queen Elizabeth elke dag – ook op zondagen – rond de klok van vieren tegen de dienstdoende butler zegt: ‘It’s gin o’clock, dear’. 

Ik kan niet wachten tot het vier uur is…

beeld: © verkenjegeest.com

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *