ZdK-president Sternberg maakt de balans op van de Oecumenische Kerkendag

In Duitsland bestaat het Zentralkomitee der deutschen Katholiken, afgekort ZdK, het is het overleg- en adviesorgaan van Duitse katholieke leken en als zodanig een invloedrijke en soms ook uitdagende gesprekspartner voor de Duitse bisschoppen. dr. Thomas Sternberg staat sinds 2015 aan het hoofd van het ZdK. Het ZdK heeft een belangrijke rol gespeeld bij de voorbereiding van de derde Oecumenische Kerkendag die vandaag in Frankfurt werd afgesloten.
De oecumenische sfeer in Duitsland is nauwelijks te vergelijken met die in ons land, hier terugtrekkende bewegingen en stilte, minstens van officiële zijde. Wat aan de basis gebeurt wordt veelal niet aan de grote klok gehangen. De sfeer in Duitsland is heel anders zoals blijkt uit bijgaand interview met dr. Sternberg. De ZdK-president Thomas Sternberg geeft zijn indrukken over de afgelopen drie dagen en verdedigt de oecumenische gastvrijheid bij het avondmaal en de eucharistie.
De Oecumenisch Kerkendag vond overwegend digitaal plaats vanwege de coronasituatie. 

bekijk een korte video=impressie

Het interview werd gepubliceerd door Domradio in Keulen.

DOMRADIO.DE: ” Kijk eens” dat was het motto van de 3e Oecumenische Kerkendag, wat viel u in het bijzonder op?

Prof. dr. Thomas Sternberg (voorzitter van het Centraal Comité van Duitse katholieken): Dit motto heeft zichzelf bewezen en was goed. We hebben echt een verandering van perspectief beleefd, weg van wederzijdse zelfreflectie over de kwesties van de wereld, over de problemen die zich voordoen, naar dit Frankfurt hier: een stad zo levendig en vol verscheidenheid als bijna geen andere stad in Duitsland. Verscheidenheid als het gaat over afkomst, geloofsovertuigingen, religies, een zeer meervoudige stad, maar ook een stad met enorme sociale verschillen.

D.: Het Sleutelwoord was wel “maaltijdgemeenschap”: Voorafgaand aan de Kerkendag riep dit woord veel controverses op inclusief waarschuwende katholieke stemmen,  voorafgaand aan de uitnodiging voor intercommunie. Hoe hebt u de praktijk nu ervaren?

Sternberg: Allereerst: er was geen intercommunie. Er was geen interviering of intercommunie, maar we weerspiegelden de staat van de oecumene zoals die is. Maar we zijn verder dan we waren in 2003.

We kunnen echt leden van andere denominaties aan de tafel van de Heer uitnodigen op basis van een gezamenlijk getuigenis van geloof. We weten dat Hij ons uitnodigt en dat Hij degene is die de maaltijd bereidt en werkelijk tegenwoordig is. Er was een  gemeenschappelijke verklaring van het Presidium dat allereerst in alle vieringen werd voorgelezen.

Zaterdags hadden we normale kerkdiensten, waar leden van andere denominaties naar toe gingen. Zij waren er getuige van dat de liturgieën van anderen ook een rijkdom zijn. Ik vond het ronduit ontroerend hoe Bettina Limperg, mijn evangelische collega, door bisschop Bätzing werd meegenomen in de liturgie in de kathedraal en ik werd meegenomen in de liturgie door president Jung van de evangelische kerk van Hessen-Nassau in Riedberg. Ik moet zeggen dat het erg ontroerend was om hier iets te mee te beleven, wat al een dagelijkse praktijk is in onze gemeenten, omdat we zoveel interkerkelijke of niet-confessionele huwelijken en gezinnen hebben – afhankelijk van hoe je het wilt uitdrukken. In bijna geen ander land ter wereld zijn er ongeveer evenveel protestantse als  katholieke gelovigen.

Vele gezinnen nemen deze beslissingen zondag na zondag, week na week, en de vraag is: waar nemen we aan de liturgie, waar voelen we ons thuis? De deelname van protestantse christenen aan de eucharistie is praktisch aan de orde van de dag. Ik weet dat dit zo is in mijn geloofsgemeenschap en ik weet dat dat overal gebeurt.

De bisschoppenconferentie wilde dat in overeenstemming brengen met het kerkelijk recht, maar dat lukte nog niet. Theologisch gesproken: dit belangrijke onderwerp van het avondmaal en de eucharistie is niet opgehelderd er moet nog meer werk aan verzet worden. En al het verdere werk voor de oecumene is ook belangrijk en noodzakelijk.

D.: Heeft u gemeenschappelijke vertrekpunten gevonden om tot nieuwe antwoorden te komen?

Sternberg: Dat is het bijzondere. De tekst ‘Samen aan de Tafel, van de Heer” is afkomstig van een oecumenische werkgroep, niet zomaar een werkgroep,  maar de beroemde Jaeger-Stählin-groep, waar Joseph Ratzinger lid van was, evenals Walter Kasper en vele andere prominente theologen.

Deze Jaeger-Stählin-groep heeft een document gepubliceerd: “Samen aan de Tafel van de Heer”. Dat namen wij als basis van wat we wilden doen op deze Kerkendag. Toen zei Rome tegen ons: Nee, dat is niet voldoende voor een gewetensbeslissing, zeker niet voor een katholiek, om deel te nemen aan het avondmaal.

Welnu, dan is dit schrijven niet de voldoende rechtvaardiging, maar natuurlijk blijft de staan dat het over een gewetensbeslissing gaat. Daarom zeg ik, zoals paus Franciscus, “Ga bij je geweten te rade en ga.” Niet lichtzinnig, niet in de zin van “het maakt niet uit” – integendeel, een stap gezet in grote ernst.

En ik moet zeggen dat het gisteravond ontroerend, meeslepend was.

D.: Het is niet alleen de Corona-crisis die christenen momenteel in beweging brengt, maar ook de huidige crisis in de kerk in het algemeen. Tegen deze achtergrond van het misbruikschandaal vertrekken mensen massaal, vooral vanuit de katholieke kerk. Kwam het geloofwaardigheidsprobleem van de kerken ook aan de orde op deze Kerkendag?

Sternberg: Ik had de indruk dat het niet zo centraal stond als in de gepubliceerde rapporten van de afgelopen maanden en hoe tot uiting kwam in de woede van een groot aantal christenen. Tot in de kern van de kerk zijn we erg geïrriteerd dat er niet duidelijker en consistenter aan gewerkt wordt en dat het niet sneller en zorgvuldiger gedaan wordt.

Het speelde hier wel een rol, we hadden hierover forums en evenementen, maar het domineerde de Kerkendag niet. Want nogmaals gezegd: we willen de blik naar buiten. We willen duidelijk maken: als christenen zijn we er om elkaar aan te spreken en elkaar te bevragen: wat moeten we doen voor de wereld, vooral nu in deze pandemietijd? We moeten erop wijzen dat wereldwijde gerechtigheid een probleem blijft. Kijk maar eens hoe het vaccinatierecht in alle landen kan worden gerealiseerd.

Ook de vraag: hoe zit het met mensen in wanhoop, eenzaamheid, in economische of persoonlijke moeilijkheden? Hoe kunnen we helpen, niet in de zin dat we altijd het juiste antwoord klaar hebben, maar onze religie kan troost brengen door mensen de kans te geven erover te vertellen en openheid voor de vragen te tot stand te brengen dat is ook belangrijk.

Het interview werd afgenomen door Uta Vorbrodt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *