Paus wijst de gelovigen de synodale weg

‘Maar een synode is geen Parlement’

Precies twintig jaar geleden wilde de toenmalige bisschop van Breda, mgr. Tiny Muskens, een diocesane synode organiseren om met de gelovigen na te denken over de gezamenlijke koers van de kerk. Het Vaticaan stak daar een stokje, voor uit vrees voor ‘te hoge verwachtingen’. Muskens noemde dat onverbloemd ‘koudwatervrees’. Nu beleven we het omgekeerde: paus Franciscus heeft een mondiale synode op touw gezet omdat hij wil weten wat er in het rooms-katholieke kerkvolk omgaat en hoe het denkt over de toekomst van de kerk. En nu zijn het – wereldwijd – bisschoppen die vrezen voor te hoog gespannen verwachtingen.

Sterker: ook dit initiatief van paus Franciscus stuit binnenkerkelijk op onbegrip, wrevel en zelfs tegenwerking. Waarom moet je de gelovigen zo nadrukkelijk betrekken bij de koers van de kerk? Daar zijn de bisschoppen toch voor? Maar juist dat wil de paus doorbreken met zijn ‘synodale weg’. Hij grijpt terug op het Tweede Vaticaans Concilie, dat begin jaren zestig van de vorige eeuw werd gehouden, en waarin massaal gepleit werd voor een meer actieve rol van de leken; man/vrouw.

Kardinaal Alfrink nam daarop het initiatief voor een Pastoraal Concilie in Nederland. Dat heeft vier jaar geduurd, van 1966 tot 1970, en verzandde in bittere teleurstellingen. Deelnemende leken begonnen namelijk over de afschaffing van het verplichte celibaat en diakenwijdingen voor vrouwen. Zover wilden en konden de bisschoppen niet gaan en bovendien kwam er een Vaticaans veto. Einde verhaal. Sindsdien is er in de Nederlandse katholieke kerk een verkilling opgetreden, een tweespalt. Het ontbreekt veelal aan dialoog, aan samen op weg, aan warmte.

Rooms-katholieken staan bekend als een luisterend kerkvolk. Brave gelovigen knikken al eeuwenlang ja en amen en wie het niet bevalt wat ‘Rome’ verordonneert stapt er uit. De ontkerkelijking en leegloop is de afgelopen decennia ronduit schrikbarend toegenomen. Bij de protestants-christelijke kerken ligt dat anders. Die zijn al sinds de Reformatie gewend aan de synodale weg. Gelovigen praten mee en de bestuursstructuur is totaal anders dan de pyramidale opbouw van de roomse kerk. Dat wil de paus nu met zijn synode (deels) doorbreken. Synodaliteit betekent in zijn visie ‘samen op weg’. De een (hiërarchisch) niet dominant boven de ander, maar gelijkwaardig in de geloofsbeleving; priesters en leken. Met drie sleutelwoorden als leidraad: communio, participatie en missie.

In het najaar van 2023 moet in een bijzondere bisschoppensynode het resultaat besproken worden van de mondiale raadpleging van de katholieken. Een dikke week geleden is dat synodale proces officieel van start gegaan. Vanaf nu mogen overal in de wereld katholieken zeggen en laten weten hoe zij over hun toekomstige kerk denken. In allerlei grote en kleine samenkomsten, waarbij de hoofdrol is weggelegd voor de Heilige Geest.

Het gaat er om dat clerus en kerkvolk oprecht naar elkaar luisteren. Of beter: naar elkaar willen en dùrven luisteren. Dat is in de rk-kerk nu eenmaal geen traditie.

Priesters – van Curie-kardinalen tot dorpspastoors – weten eigenlijk niet anders dan dat zij altijd het laatste woord hebben. De paus daarentegen waarschuwt al vanaf zijn aantreden voor een klerikale kerk, waarin priesters van hoog tot laag de dienst uitmaken. ‘We zijn op de eerste plaats herders’, heeft de paus in soortgelijke bewoordingen ontelbare keren gezegd. De herder kent zijn schapen en de schapen vertrouwen hun herder. Maar is dat nog zo? Soms lijkt het er op alsof sommige herders bang zijn voor hun kudde.

Het Vaticaan heeft tien kernthema’s afgekondigd waarover gediscussieerd kan worden. Twee er van gaan over ‘Naar elkaar luisteren’ en ‘Vrijuit praten, je mening geven’. De Nederlandse bisschoppen hebben die twee terzijde geschoven en gekozen voor ‘Vieren’, ‘Medeverantwoordelijkheid voor de missie’ en ‘Dialoog in kerk en samenleving’. Het is een voorzichtige, veilige keuze waar nauwelijks ‘rebelse’ inbreng op te verwachten zijn. Hooguit over die dialoog tussen kerk en samenleving, maar die ontbreekt al jarenlang in de Nederlandse kerkprovincie. Bisschoppen, inclusief kardinaal Eijk zijn vrijwel onzichtbaar in het publieke debat. Het zou de bisschoppen hebben gesierd als ze gekozen hadden voor de thema’s ‘Luisteren’ en voor ‘Dialoog onder elkaar’: herders en ‘schapen’.    

Al voor de start van het synodale proces is van alle kanten gewaarschuwd voor overdreven verwachtingen want ‘de kerk is geen parlement of democratie’. ‘We gaan de kerk niet opnieuw uitvinden’, aldus de bisschop van Den Bosch, mgr. De Korte in een recent interview. Dat verwacht ook niemand, net zo min als kant-en-klare oplossingen voor alle problemen. Eindelijk beter luisteren naar elkaar – onder inspiratie van de Heilige Geest – zou al een groot winstpunt zijn.

Deze column is gelijktijdig verschenen in het Friesch Dagblad

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *