Gelijke rechten in de kerk?

Op de site van Domradio van het aartsbisdom Keulen kwamen we een uitvoerig interview tegen met professor Annette von Alemann, hoogleraar sociologie met als aandachtspunt Sociale ongelijkheid en het genderonderzoek.
Uit dit interview brengen we haar gedachten over de strijd om de gelijkberechtiging in de katholieke kerk
.

Het Maria 2.0-initiatief roept op tot een vernieuwde en broederlijke kerk waarin ook vrouwen verantwoordelijk leiderschap krijgen en toegang tot alle gewijde ambten. Maar in de kerk duurt de strijd om gelijkberechtiging van vrouwen met mannen bijzonder lang. 

Laten we het voorbeeld van Maria Magdalena nemen: Ze werd beschouwd als de favoriete leerling van Jezus en in een oude tekst werd over haar gezegd: dat ze was “een vrouw die het volledig heeft begrepen”. Toch werd haar woord herhaaldelijk in twijfel getrokken o.a. door Petrus omdat ze een vrouw was. Ook in andere delen van de evangeliën is een dergelijke houding van niet serieus nemen  te zien: vrouwen zijn niet gelijk aan mannen en mogen niet verkondigen. 
Hetzelfde geldt voor de apostel Junia (Romeinen 16:7), die een leidende functie in haar kerk had. Tot een paar jaar geleden werd Junia vertaald als “Junias” of “Junius” omdat het eeuwenlang ondenkbaar was dat vrouwen ook een kerk konden leiden. 

Het beeld van de vrouw in de vroegchristelijke kerk werd bepaald door twee gepolariseerde vrouwenrollen: de vrouw als heilige, òf de vrouw als zondares. Er waren geen vrouwen als leerling, predikers, leiders van een gemeente. (of er wordt geen melding van gemaakt).

Dit is vandaag de dag nog steeds het geval in de katholieke kerk, waar de gewijde ambten en dus de bediening van de sacramenten volgens het kerkelijk recht nog steeds voorbehouden zijn aan mannen. 
Maar intussen ontstaat er verzet …. 
Het initiatief Maria 2.0 startte in 2019 een kerkenstaking om aandacht te vragen voor de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen. Vrouwen dragen immers voor een groot deel het liefdadigheidswerk van de kerk via hun vrijwilligerswerk, maar ze mogen de belangrijkste bedieningen niet uitoefenen. Ze ervaren dit als een beperking, frustratie en – als het tegenovergestelde van gelijkwaardigheid.

Vrouwen zijn ook massaal ondervertegenwoordigd in de leidinggevende posities in de katholieke kerk waar geen wijding voor vereist is. En er zijn nog steeds bisdommen zonder vrouw op enig hoger niveau. In ieder geval is het relatief onbekend bij het publiek dat er zelfs vrouwen zijn in leidinggevende posities in sommige bisdommen.
Overigens zijn ook in de protestantse kerken -waar de mogelijkheden in principe veel ruimer zijn- vrouwen zwaar ondervertegenwoordigd.

In de huidige crisis in de kerk heeft het debat over het priesterschap van vrouwen nieuwe explosiviteit gekregen door de gevallen van seksueel misbruik in de kerk. Er wordt terecht gevraagd of een kerk die in wezen door mannen wordt geleid, niet het misbruik en het verbergen ervan aanmoedigt. Vrouwenverenigingen zijn betrokken bij het wegwerken van de oorzaken en pleiten voor een verandering in de structuren binnen de kerk. 
Aan de andere kant komen er tegenstrijdige signalen uit Rome, en persoonlijk merk ik een sterke stem van de kant van de kerkleiders voor het behoud van de bestaande, traditionele structuren. Ik heb de indruk, ook al lijkt er veel in beweging te zijn: in de kerk staat de gelijkheid nog stil.

Als wetenschapper analyseer en verklaar ik omstandigheden of observeer ik ontwikkelingen. Als geïnteresseerde waarnemer probeer ik het natuurlijk te begrijpen. Daarbij merk ik steeds dat de geschiedenis van gelijkheid in de samenleving, maar ook in de kerk, een geschiedenis is van lang wachten. Maar het is niet passief wachten, maar actief, strijdbaar wachten dat herhaaldelijk wordt beloond: vrouwen hebben gelijke rechten voor de wet, mogen alle opleidingen en beroepen uitoefenen en behalen nu betere cijfers en hogere onderwijskwalificaties. 
Aan de debetkant staat echter dat ze nog steeds minder verdienen dan mannen, meer onbetaalde zorg en gezinswerk doen en niet echt carrière kunnen maken in de katholieke kerk. 
Op veel terreinen in kerk en samenleving zijn ongelijkheden (nog) niet veranderd – of veranderen slechts langzaam. Gezien de vele successen in de afgelopen decennia ervaar ik het wachten op gelijke rechten nog steeds als een hoopvol, zelfverzekerd wachten – juist omdat er zoveel actieve, strijdlustige vrouwen, mannen en initiatieven zijn die zich inzetten voor gelijke rechten…. De ontwikkeling naar gelijkwaardigheid – dit blijkt uit de vele levendige bewegingen binnen de kerk – is nog niet voorbij. Toch is het afwachten met een onzekere uitkomst.

bron<Domradio

vertaling en bewerking redactie www.deroerom

beeld> https://static4.evangelisch.de/