Verklaring Stichting KLOKK

 

 

stichting koepel landelijk overleg kerkelijk kindermisbruik

Verklaring Stichting KLOKK inzake eindverslag Meldpunt Misbruik RKK.

Na zeven jaar zijn de werkzaamheden van het Meldpunt Misbruik RKK beëindigd/Het bestuur van B& T heeft een omvangrijke rapportage geleverd.  

Door de medewerkers van het Meldpunt Misbruik RKK is een geweldig karwei geklaard. Namens de RKK hebben zij de duizenden meldingen verwerkt en  klachtenprocedures/zittingen georganiseerd. Dat verdient veel lof en bewondering voor de niet aflatende inzet van alle medewerkers.

Door de uitgebreide rapportage wordt een goede inkijk gegeven in het werkproces, de worstelingen en de resultaten.

De Stichting KLOKK heeft de afgelopen jaren de vinger aan de pols gehouden na een begin vol wantrouwen.

Het bestuur van bureau B& T was probleemhouder, opgericht door de Bisschoppenconferentie (BC) en de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR) en heeft gewerkt volgens de door de RKK aangereikte regelingen. Die regelingen zijn allemaal eenzijdig geformuleerd door de RKK en vervolgens uitgevoerd door het Meldpunt Misbruik RKK.  

De Stichting KLOKK heeft sinds haar oprichting gepleit voor een onafhankelijk Meldpunt voor slachtoffers van misbruik in de RKK. Bij slachtoffers ontbrak in 2011 vertrouwen in het Meldpunt Misbruik RKK. Als organisatie zag de Stichting KLOKK dit ook bevestigd, eerst in het optreden van de eerste voorzitter van het Platform Hulpverlening en vervolgens in de wijze waarop met de klachten in de praktijk werd omgegaan. Bestuur en bureauleiding slaagden er tot 2015 niet in het vertrouwen te herwinnen.

De enige regeling die samen met slachtoffers en aangeklaagden en mediators is ontwikkeld, is de Drieluik Herstel Bemiddeling. Deze succesvolle aanpak is geëlimineerd door het Meldpunt als instrument in de klachtverwerking.

Met de voorzitters van de Klachtencommissie en de Compensatiecommissie werd een goede werkrelatie opgebouwd. Met het aantreden van de nieuwe en huidige voorzitter en een nieuw bureauhoofd is het beeld van onafhankelijkheid wel ontwikkeld. De hoorzittingen van de klachtencommissies hebben velen erkenning opgeleverd. 

 

Toch zijn er kanttekeningen te plaatsen en zijn er zaken die nooit meer herhaald mogen worden.

Met de inrichting van de klachtenregeling is juridisering ingezet. Er is vanuit de RKK sterk defensief geopereerd. De authenticiteit van de klachten werd op voorhand formeel betwijfeld en conform benaderd door de aangeklaagden.

“B& T” staat daarom ook voor Battlefield & Trauma.

In de eerste jaren leken slachtoffers te moeten afrekenen met het onbegrip en het ongeloof dat deze klachten tegen medewerkers van de RKK zo ernstig waren en zulke gevolgen teweeg hadden gebracht. Dat maakte de zittingen niet makkelijker. De aangeklaagden kregen vaak opmerkelijk veel ruimte in de eerste jaren, met grote gevolgen voor de duur van de procedure. Voor velen is de klachtenprocedure ongeacht de afloop slopend geweest. Ook werden toen klachten afgewezen door gebrek aan steunbewijs. Vervolgklachten werden afgewezen omdat de eerste klacht tegen een dader ongegrond werd verklaard. De prangende vraag blijft of in alle gevallen dit nadeel voor de slachtoffers is hersteld door erkenning en er door het Meldpunt actie is ondernomen. Het verslag is daarover niet duidelijk!

De klachtenregeling plaatste slachtoffer en aangeklaagden tegenover elkaar in een juridische procedure. De wijze van verweer voeren door een aantal aangeklaagden veroorzaakte secundaire victimisatie, dan wel diepe schade bij kwetsbare personen. Het veronderstelde “snippertje” bewijs, zoals de voorzitter van de Klachtencommissie dit nog noemde op 16 december 2011 in de Felix Merites, voorafgaand aan de Nieuwsuur uitzending over het Deetmanrapport, bleek in de praktijk, zeker door het harde verweer in veel zaken, heel wat meer te moeten omvatten.

Opmerkelijk was ook de fragmentatie. Alle meldingen/klachten werden behandeld als “een op zichzelf staand incident”. Waarbij elk individu bewijs moest leveren. Verhalen die op elkaar leken werden afgedaan als ‘copycat’, wat met de wetenschap van nu de vraag is: immers, een aantal veelplegers hanteerde een vast patroon. Organisaties hadden sneller verantwoordelijkheid kunnen en moeten nemen.

Een aantal deed dit middels mediationtrajecten i.s.m. de Stichting Triptiek.

Wanneer het Meldpunt echt onafhankelijk had geopereerd had zij de werkwijze aangepast, samenhang en bundeling van klachten georganiseerd. Zo had de aard en de omvang van het misbruik op bepaalde locaties of door bepaalde daders in beeld gebracht kunnen worden en slachtoffers aan genoegdoening worden geholpen. Er was dan ook recht gedaan aan het “rechtsgevoeI”.

Het kernprobleem van alle slachtoffers nl. dat zij decennia moesten zwijgen, door niemand werden gesteund en/of geloofd. Zij verdienen in elke zaak in dit dossier, maar ook in andere dossiers (sport, jeugdzorg, andere religieuze gemeenschappen) ons aller steun. 

 

stichting koepel landelijk overleg kerkelijk kindermisbruik

Verklaring Stichting KLOKK inzake eindverslag Meldpunt Misbruik RKK.

Na zeven jaar zijn de werkzaamheden van het Meldpunt Misbruik RKK beëindigd/Het bestuur van B& T heeft een omvangrijke rapportage geleverd.

Door de medewerkers van het Meldpunt Misbruik RKK is een geweldig karwei geklaard. Namens de RKK hebben zij de duizenden meldingen verwerkt en  klachtenprocedures/zittingen georganiseerd. Dat verdient veel lof en bewondering voor de niet aflatende inzet van alle medewerkers.

Door de uitgebreide rapportage wordt een goede inkijk gegeven in het werkproces, de

;,

worstelingen en de resultaten.

De Stichting KLOKK heeft de afgelopen jaren de vinger aan de pols gehouden na een begin vol wantrouwen.

Het bestuur van bureau B& T was probleemhouder, opgericht door de Bisschoppenconferentie (BC) en de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR) en heeft gewerkt volgens de door de RKK aangereikte regelingen. Die regelingen zijn allemaal eenzijdig geformuleerd door de RKK en vervolgens uitgevoerd door het Meldpunt Misbruik RKK.

1

De Stichting KLOKK heeft sinds.haar oprichting gepleit voor een onafhankelijk Meldpunt voor slachtoffers van misbruik in de RKK. Bij slachtoffers ontbrak in 2011 vertrouwen in het Meldpunt Misbruik RKK. Als organisatie zag de Stichting KLOKK dit ook bevestigd, eerst in het optreden van de eerste voorzitter van het Platform Hulpverlening en vervolgens in de wijze waarop met de klachten in de praktijk werd omgegaan. Bestuur en bureauleiding slaagden er tot 2015 niet in het vertrouwen te herwinnen.

De enige regeling die samen met slachtoffers en aangeklaagden en mediators is ontwikkeld, is de Drieluik Herstel Bemiddeling. Deze succesvolle aanpak is geëlimineerd door het Meldpunt als instrument in de klachtverwerking.

Met de voorzitters van de Klachtencommissie en de Compensatiecommissie werd een goede werkrelatie opgebouwd. Met het aantreden van de nieuwe en huidige voorzitter en een nieuw bureauhoofd is het beeld van onafhankelijkheid wel ontwikkeld. De hoorzittingen van de klachtencommissies hebben velen erkenning opgeleverd.


 

stichting koepel landelijk overleg kerkelijk kindermisbruik

Toch zijn er kanttekeningen te plaatsen en zijn er zaken die nooit meer herhaald mogen worden.

Met de inrichting van de klachtenregeling is juridisering ingezet. Er is vanuit de RKK sterk defensief geopereerd. De authenticiteit van de klachten werd op voorhand formeel betwijfeld en conform benaderd door de aangeklaagden.

“B& T” staat daarom ook voor Battlefield & Trauma.

In de eerste jaren leken slachtoffers temoeten afrekenen met het onbegrip en het ongeloof dat deze klachten tegen medewerkers van de RKK zo ernstig waren en zulke gevolgen teweeg hadden gebracht. Dat maakte de zittingen niet makkelijker. De aangeklaagden kregen vaak opmerkelijk veel ruimte in de eerste jaren, met grote gevolgen voor de duur van de procedure. Voor velen is de klachtenprocedure ongeacht de afloop slopend geweest. Ook werden toen klachten afgewezen door gebrek aan steunbewijs. Vervolgklachten werden afgewezen omdat de eerste klacht tegen een dader ongegrond werd verklaard. De prangende vraag blijft of in alle gevallen dit nadeel voor de slachtoffers is hersteld door erkenning en er door het Meldpunt actie is ondernomen. Het verslag is daarover niet duidelijk!

De klachtenregeling plaatste slachtoffer en aangeklaagden tegenover elkaar in een juridische procedure. De wijze van verweer voeren door een aantal aangeklaagden veroorzaakte secundaire victimisatie, dan wel diepe schade bij kwetsbare personen. Het veronderstelde “snippertje” bewijs, zoals de voorzitter van de Klachtencommissie dit nog noemde op 16 december 2011 in de Felix Merites, voorafgaand aan de Nieuwsuur uitzending over het Deetmanrapport, bleek in de praktijk, zeker door het harde verweer in veel zaken, heel wat meer te moeten omvatten.

Opmerkelijk was ook de fragmentatie. Alle meldingen/klachten werden behandeld als “een op zichzelf staand incident”. Waarbij elk individu bewijs moest leveren. Verhalen die op elkaar leken werden afgedaan als ‘copycat’, wat met de wetenschap van nu de vraag is: immers, een aantal veelplegers hanteerde een vast patroon. Organisaties hadden sneller verantwoordelijkheid kunnen en moeten nemen.

Een aantal deed dit middels mediationtrajecten i.s.m. de Stichting Triptiek.

Wanneer het Meldpunt echt onafhankelijk had geopereerd had zij de werkwijze aangepast, samenhang en bundeling van klachten georganiseerd. Zo had de aard en de omvang van het misbruik op bepaalde locaties of door bepaalde daders in beeld gebracht kunnen worden en slachtoffers aan genoegdoening worden geholpen. Er was dan ook recht gedaan aan het “rechtsgevoeI”.

Het kernprobleem van alle slachtoffers nl. dat zij decennia moesten zwijgen, door niemand werden gesteund en/of geloofd. Zij verdienen in elke zaak in dit dossier, maar ook in andere dossiers (sport, jeugdzorg, andere religieuze gemeenschappen) ons aller steun.

2