Terugblik op de zalige Johannes Paulus als kerkleider

Vandaag zondag 1 mei is paus Johannes Paulus II na een record-procedure zalig verklaard. Een bijzonder mens, een bijzondere paus. Het Vaticaan heeft zich alle moeite gegeven om de zoveelste JPII-manifestatie te organiseren, ditmaal postuum. Naar verluidt waren er ongeveer een miljoen mensen, meer dan aanvankelijk verwacht (of gevreesd). De souvenirhandel doet gouden zaken met goedbedoelde relirommel en prullaria paus JPII ‘ter ere’. Onze medewerker Frans Wijnands kijkt terug op de vorige paus als mens, als hoofdrolspeler op het (politieke) wereldtoneel en vooral als kerkleider. 
Als kerkleider was paus Johannes Paulus op het conservatieve af  
Oktober 1978. Een nieuwe paus; een Pool. Als hij bij zijn eerste optreden de toegestroomde Italianen oproept om hem te corrigeren als hij taalfouten maakt, reageert de menigte enthousiast op die ontwapenende charme. Ook al moeten ze even wennen aan zijn naam. Karol? Karol wie?, oh Wojtyla. Nooit van gehoord…. Maar dat zal snel veranderen!
Als hij zich na een paar dagen opnieuw presenteert spreekt hij de onvergetelijke woorden: ‘Wees niet bang. Zet de poorten naar Christus wijd open’.  Zo begint het pontificaat van Johannes Paulus  II dat ruim 26 jaar zal duren. ‘ De paus uit het Oosten’. ‘Het is Gods wil dat er nu een Slavische paus is’, lijkt hij zich ’n enkele keer te verontschuldigen want de rk-kerk was nu eenmaal al een paar eeuwen gewend aan een Italiaanse paus. 
Als mens blijft deze paus tot aan zijn dood hartveroverend. Mensen,  jongeren, hoe meer zielen hoe meer vreugd. Hij was in zijn jonge jaren een sportieve aalmoezenier en hartstochtelijk amateur-toneelspeler. ‘ Je hebt als acteur een mooie toekomst voor je, wat zou je priester worden?’, vroeg  zijn regisseur hem eens. Maar Karol Wojtyla bleef als priester, bisschop, kardinaal en vooral als paus een theatermens die microfoons en camera’s aantrok. Hij bespeelde mensenmassa’s; nooit saai of dreigend met hel en verdoemenis, maar vrolijk en toch indringend. Een talenwonder. Nee, hij sprak geen vloeiend Nederlands maar zijn Paasgroet ‘ Bedaaaankt voor de bloemen’, kent iedere Nederlander, gelovig of niet.
 

Wereldtoneel

Het is onzin vol te houden dat paus Johannes Paulus II hoogstpersoonlijk en als enige de val van het communisme heeft bewerkstelligd. De economische situatie in de landen van het Oostblok, de uitbarstende vrijheidsdrang van de midden- en oost-Europese volkeren en vooral de instelling van de toenmalige Sovjetleider Michael Gorbatsjov  droegen in hoge mate bij tot de ineenstuiking van het communistische model.
De perschef van de vorige paus, Joaquin Navarro Valls, vatte die ontwikkelingen als volgt samen: ‘ Het communisme is niet gevallen omdat de VS de Koude Oorlog hebben gewonnen maar omdat een paus uit het oosten de gewetens van Oost en West samenbracht en in Gorbatsjov een man trof die kon invoelen en respecteren wat de paus met zijn pleidooi voor mensenrechten en godsdienstvrijheid in een onverdeeld Europa bedoelde’. 

 

De paus reisde naar alle uithoeken van de wereld, naar sloppenwijken en naar koninklijke en presidentële paleizen. Hij tikte Pinochet en Fidel Castro minzaam op de vingers vanwege hun binnenlandse politiek  en hij werkte onversaagd aan zijn lijstje met prioriteiten: het communisme  weg, wereldwijd – en vooral in China – godsdienstvrijheid (voor de christenen) en er moest een einde komen aan de geweldspiraal in het Midden-Oosten.  Het eerste is gelukt. De relatie met China is verbeterd maar nog uiterst teer, en vrede in het Midden-Oosten lijkt ook voor een paus onbegonnen werk…. Toch was JPII de eerste paus die een synagoge (in Rome) en een moskee (in Damascus) binnenstapte en die alle religieuze wereldleiders naar Assisië uitnodigde om er gezamenlijk voor de wereldvrede te bidden. 
Was hij dan toch voor sommigen een ‘gevaarlijke’ sta-in-de-weg? Want het blijft nog altijd gissen naar de achtergronden van de aanslag  die de Turkse ‘Grijze Wolf’ Mehmet Ali Agca in mei 1981 op een vol Sint Pietersplein op de paus pleegde. Die overleefde de aanslag, zocht de dader in zijn Romeinse cel op en schonk hem vergiffenis.  Maar de vraagtekens bleven, ook al door de tegengestelde verklaringen van de dader.
Geen vernieuwer
Hoe origineel zijn optreden soms ook was, als kerkvorst, als Opperherder was hij allesbehalve vernieuwend of een vernieuwer. Hij was traditioneel, behoudend, en in sommige opzichten conservatief. En autoritair. Tenslotte kan er maar één de baas zijn… Hij was weliswaar uiterst eigentijds in zijn presentatie. Een media-paus die tientallen miljoenen – vooral jonge gelovigen – over de hele wereld begeesterde met zijn oproepen om Christus  te volgen. Maar over wezenlijke veranderingen, vernieuwingen, bredere inspraak binnen de rk-kerk en daadwerkelijke oecumene viel met paus Wojtyla niet te praten. 
In de 26 jaar van zijn pontificaat bleef alles bij het oude, in samenspraak met kardinaal Joseph Ratzinger, toen prefect van de Congregatie van de Geloofsleer, het belangrijkste Vaticaanse ministerie. Paus en kardinaal (inmiddels paus Benedictus XVI) zaten perfect op één lijn: euthanasie, condoomgebruik en andere vormen van geboortebeperking, evenals abortus bleven (en zijn) onbespreekbaar. Net als de versoepeling van het celibaat en of de invoering van het priesterambt voor vrouwen.    
Achteraf valt het eigenlijk niet te verbazen. Natuurlijk: de paus was jong, energiek en charismatisch toen hij gekozen werd. Maar een (relatief) jonge leeftijd garandeert geen progressiviteit. Hij kwam tenslotte uit een bijna extreem vroom, devoot land. De kerk in Polen – door het communistisch regime tientallen jaren verstoken van internationale contacten – bleef en is behoudend.  De paus was een kind van zijn traditioneel-religieuze  opvoeding en had als paus even tijd nodig om de uiteenlopende prioriteiten, problemen, wensen en vooral de veelvormigheid in de roomse wereldkerk te onderkennen. 
De Nederlandse kerkprovincie was voor hem een onbekend mozaïeksteentje in het totale beeld. Hij kende en respecteerde de kardinalen Alfrink en Willebrands, maar had geen boodschap aan de veranderingen die de Nederlandse katholieken nastreefden. Het botste tussen ‘Utrecht’ en het Vaticaan en het is pas goed(?) gekomen toen onder de volgzame, om niet te zeggen serviele kardinaal Simonis, de Nederlandse katholieken weer in de pas liepen.
Paus Johannes Paulus II bezocht gedurende zijn pontificaat bijna 130 landen, ook landen waar de katholieken een verwaarloosbare minderheid vormden. Overal werd hij enthousiast, warm-sceptisch, afstandelijk,  maar altijd beleefd ontvangen. Behalve in Nederland. 
Dat bezoek – in mei 1985 – roept in het Vaticaan nog altijd reacties van onbegrip op, vanwege de onverschilligheid bij veel katholieken, de voelbare afkeer, de lege straten, de protesten, de vrijpostigheid van Hedwig Wasser, lid van de Nederlandse Missieraad en voorzitter van de Missieraad van het bisdom groningen, die – afwijkend van de goedgekeurde tekst – een pleidooi hield voor ongehuwd samenwonenden, homoseksuelen en gehuwde priesters in de kerk. Zelfs in de straten rondom de Sint Jan in Den Bosch was de sfeer allesbehalve hartelijk. Alleen in Limburg brak een vleugje warmte en enthousiasme door.
Het veranderingsoffensief van toenmalig progressief-katholiek Nederland verzandde. Paus en Curie hadden andere (wereld)prioriteiten. Katholiek West-Europa werd meer en meer een wijngaard waar met noeste arbeid nauwelijks nog iets te oogsten valt. Dus verplaatste ook de paus zijn aandacht naar continenten waar het traditionele katholicisme meer vruchten afwierp: Noord- en Zuid-Amerika, Afrika, Azië. 
Eigenlijk zette paus Johannes Paulus II die behoudende toon al bij zijn bezoek aan de CELAM, de conferentie van de Zuid-Amerikaanse bisschoppen, in 1979, in Puebla (Mexico). Het was zijn eerste grote buitenlandse reis. Katholieke bisschoppen en priesters waren in Zuid- en Midden-Amerika actief in het verzet tegen een aantal dictaturen. Ze predikten de Bevrijdingstheologie ten gunste van de zwaksten in die samenlevingen. Maar ze werden door de paus op een allesbehalve broederlijke, bijna vernederende wijze tot de orde geroepen.
Op dat moment knakte voor miljoenen katholieken in de hele wereld de hoop dat de nieuwe paus zich anders zou opstellen; minder traditioneel, opener, vernieuwender. Twijfel over zijn koers en daden heeft Johannes Paulus II nooit gehad, althans nooit laten blijken. De theoloog Hans Küng – om het wat oneerbiedig te zeggen de vervelendste luis in de Vaticaanse pels – trok zijn conclusie van een kwarteeuw paus JPII: een paus die naar buiten hervorming en dialoog predikte maar diezelfde zaken binnen zijn kerk geen kans gaf. Niet voor niets publiceerden 160 Duitse theologen in 1989 een protest ‘tegen de bevoogding door het roomse centralisme’. Kritische theologen en mondige vrouwen werden buitenspel gezet. Van collegiale dialoog met de bisschoppen was en is in de praktijk geen sprake (‘de kerk is nu eenmaal geen democratie…’).  Om over de oecumene maar niet te spreken. Ook tijdens het pontificaat van Johannes Paulus II was er een veelheid aan goede bedoelingen en voornemens, maar een minimum aan concrete stappen. Zeker niet nadat de Anglicaanse Kerk in 1992 het priesterschap voor vrouwen invoerde. 
Er zit een tegenstrijdigheid in 25 jaar pontificaat JPII : enerzijds kromp de kerk, zeker in het westen. Veel gelovigen lieten de kerk links liggen. Ze vonden het roomse triomfalisme ongepast  en de starheid inzake alle wezenlijke ethisch-morele thema’s teleurstellend en niet van deze tijd. 
Anderzijds bleek diezelfde paus een magneet voor miljoenen jongeren die hij vooral op de Wereldjongerendagen inspireerde en begeesterde. Of beleefden de deelnemers daaraan het niet zozeer als een openbare geloofsbelijdenis dan wel als een reli-openluchtfeest met veel muziek en gezang?
De paus heeft voor het oog van de camera’s indrukwekkende knievallen gedaan en niet alleen in Auschwitz. Hij bood publiekelijk excuses aan voor de houding van de kerk in de Tweede Wereldoorlog maar stimuleerde tegelijkertijd het heiligverklaringsproces van de omstreden ‘oorlogspaus’ Pius XII.  In het voorjaar van 2000 beleed de paus in de Sint Pieter een ‘Mea Culpa’ voor de fouten  en vergissingen van de kerk in de afgelopen eeuwen; van de Kruistochten en de Inquisitie tot en met het tekortschieten om de rechten en waardigheid van de vrouw te respecteren en te bevorderen. Ook dat laatste is op z’n minst tegenstrijdig: pleiten voor gelijke rechten van de vrouw, maar haar binnen de eigen kerkelijke organisatie en structuur toch louter zien als ‘de dienstmaagd des Heren’. 
De geschiedenis zal gaandeweg oordelen over de rol en betekenis van deze paus, maar ook nu al – op de dag van zijn zaligverklaring – kan worden geconcludeerd dat hij allesbehalve vernieuwend was, maar op andere fronten verbazingwekkend anders dan veel van zijn voorgangers.  
franswijnands@telenet.be
Niet gecategoriseerd