Interview met de bisschop van ‘s-Hertogenbosch, door Henk Peters en Nico Smit medewerkers van De Roerom |
In het voorjaar is het al weer drie jaar geleden dat mgr. dr. Gerard de Korte, destijds bisschop van Groningen-Leeuwarden benoemd werd tot bisschop van het grootste bisdom van Nederland, ‘s-Hertogenbosch. Hoog tijd om eens te vragen hoe het hem bevallen is om op 60 jarige leeftijd zo’n overstap te maken en te beginnen aan een klus die er niet om liegt.
Weer verhuizen
Hij vertelt dat hij wel al van ver had zien aankomen dat er wel eens een beroep op hem zou kunnen worden gedaan en dat hij daar niet naar had uitgezien. Want de tegenstellingen waren er in het bisdom van
‘s-Hertogenbosch in het recente verleden niet kleiner op geworden En dan overkomt het hem toch dat hij gevraagd wordt.. … Dat betekende weer los laten wat hem vertrouwd was geworden en letterlijk ook weer verhuizen naar een nieuwe plek, relaties opbouwen en ook daar proberen je geluk te vinden.
Van huis uit is de bouw hem niet vreemd, maar bruggen bouwen vereist toch specifiek vakmanschap. Dat was hem als hulpbisschop van Utrecht in Zwolle en als bisschop van Groningen- Leeuwarden, niet slecht afgegaan, maar daar waren de tegenstellingen minder groot dan in
‘s-Hertogenbosch. Want hier wordt door een relatief kleine groep mensen zoveel lawaai gemaakt dat iedereen kan meegenieten van wat zij van de andere partij – toch ook medegelovigen – vinden. Ga daar maar eens tussen zitten.
Een weg vinden
Ons gesprek begint daar dan ook direct over. Immers er is weer de nodige ophef ontstaan over malse uitspraken die recentelijk zijn gedaan door niet de minsten binnen de Bossche clerus over wat zij van de paus vinden en de koers van het kerkelijk beleid. Daar kun je als bisschop toch niet van weg kijken?
En dan vertelt de bisschop dat het moeilijk is om binnen die tegenstellingen een weg te vinden. Je doet het als leidinggevende in de ogen van altijd wel iemand niet goed. Maar de criticasters heeft hij intussen leren kennen als bezorgde gelovigen. Hij zegt ook te weten dat hun zorg voor de kerk oprecht is. Het is niet zo maar dwarsliggerij maar oprechte zorg voor de toekomst van de kerk die hen in grote somberte doet vervallen en onvrede bij hen veroorzaakt waardoor zij steeds harder uitschreeuwen dat het fout gaat. ,,Natuurlijk ga ik met hen in gesprek en leg ik uit waarom ik hun analyse niet deel en zeg ik ook dat de manier waarop zij hun zorgen kenbaar maken contraproductief is en schadelijk voor het aanzien van de kerk als ze zich zo weinig respectvol opstellen naar medegelovigen die ook het beste voor hebben met geloof en kerk, maar die hun angst niet delen.”
Van zichzelf zegt de bisschop dat hij juist erg positief is over ontwikkelingen binnen onze Wereldkerk omdat er steeds meer aandacht komt voor zaken die er toe doen in deze tijd. Hij noemt de inzet van paus Franciscus voor de vluchtelingen, de armen en de toekomst van onze aarde.
Beleidsvernieuwing en korte lijnen
Maar zorgen heeft hij net zo goed. Bijvoorbeeld over de bemensing van het kerkelijk kader. Momenteel zijn er 5 priesterkandidaten en 5 diakens in opleiding. Hij wil omwille van de nood aan werkers in de wijngaard geen concessies doen aan de kwaliteiten van kandidaten. Met de inzet van buitenlandse priesters gaat het in het Bossche bisdom steeds beter. Zoals onze missionarissen ooit in hun moederland zich aanpasten bij hun cultuur, zo doen zij dat hier steeds beter.
De bisschop heeft voor een verbrede inzet van het St. Janscentrum gekozen. Als een opleidingsinstituut 2.0 wordt in het verlengde van het vroegere Diocesaan Pastoraal Centrum ook de vorming en toerusting van leken-kader weer met volle inzet ter hand genomen. Wij hebben behoefte aan een lekenkader dat zich inzet voor diaconie en catechese, voor gezinspastoraat en zorg voor jongeren en ouderen. Daar zet het St. Janscentrum 2.0 ook op in.
Zelf doet de bisschop er alles aan om de lijntjes in zijn bisdom heel kort te houden. Wekelijks bezoekt hij twee tot drie parochies. Gaat dit werkseizoen 2019- 2020 zijn twaalf dekenaten langs om uitvoerig te spreken met het kerkelijk kader over hun zorgen en te horen wat hen beweegt en hoe hij hen kan faciliteren. Iedere maand bezoekt de bisschop met zijn staf ook een parochie om met het pastoraal team en het bestuur te spreken over hun reilen en zeilen, hun problemen, hun voortgang en gelukkig ook hun successen. Onderdeel is ook de toekomst van de gebouwen en de financiële situatie. Nee, de tijd van ogenschijnlijk rigoureus kerken sluiten is echt voorbij. Bisdom en parochie trekken samen op en nemen de tijd om oplossingen te verzinnen voor problemen die ze allebei onderkennen en allebei ook voor hun rekening kunnen nemen. In dit opzicht juicht de Korte door heel zijn verhaal over de voortreffelijke professionele staf die hem ondersteunt bij al zijn activiteiten.
De opmerking die hij in het begin van zijn overstap had gemaakt over het meer devotionele karakter van het Bossche bisdom, licht hij desgevraagd toe. ,,Dat gelovigen de Zoete Moeder van Den Bosch méér bezoeken dan de viering van eucharistie is een vaststaand feit. Minder reflecteren op de inhoud van hun geloven en meer aandacht voor riten en gebruiken bepaalt voor veel katholieken hun geloof”. Daar moeten we geen afkeuring in verstaan maar het wijzen op een noodzaak van méér vorming en toerusting in het verlengde van de vroegere pastorale scholen en parochie-catechese. In dat perspectief moet ook het 2.0 karakter van het St. Janscentrum worden gezien. Dat is overigens een beleidskeuze die in andere bisdommen (recentelijk Haarlem en Roermond) is wegbezuinigd.
Verbinden
De bisschop vertelt dat hij met zijn pastores in overleg is over hoe hij ook meer pastoraal tegemoet kan komen aan de kennelijke wens van gelovigen om meer variatie aan te brengen in vormen van kerkelijke uitvaarten. Velen vragen niet meer om een Eucharistie maar om een gebedsdienst. Het gaat om de juiste balans om mensen die rouwen troostend nabij te zijn èn het bewaren van de waardigheid van de katholieke liturgie.
Hoe langer we met de bisschop in gesprek zijn, hoe duidelijker we de rode draad herkennen die in zijn werk en beleid oplicht: bruggen slaan, verbindingen maken tussen mensen en groepen. Hen proberen te begrijpen en niet tegen elkaar opzetten. Verzoenen en elkaar leren waarderen. Een ontmoeting van mensen met verschillende visies kan verrijkend zijn. Als we in de agenda van de bisschop een blik mogen werpen vallen die verschillen in ontmoetingen op. Hij bezoekt een oude bezorgde bisdom-priester voor een kennismaking, eet een boterham met hem en ze doen samen (horen wc van die priester later) de afwas. Maar hij bezoekt ook groepen al Opus Dei, jonge boeren, maar ook de wereld van de wetenschap. Zijn bisdom telt liefst drie universiteiten en hij probeert o.a. samen met de Thomas More stichting overal ( weer) een leerstoel tot stand te laten komen van gelovige reflectie op ethische thema’s en over of alles wat kan ook wel wenselijk is. Hij bezoekt uitvoerig een gemeenschap die de Tridentijnse Liturgie omarmt maar ook de twee abdijen in zijn bisdom, kleine vitale religieuze gemeenschappen als van Franciscanen, Clarissen, Carmelieten. Maar ook de gemeenschappen van oudere religieuzen en emeriti die hun sporen dik verdiend hebben en een tevreden levensavond genieten, betuigt hij met bezoek zijn respect.
Kleurrijk palet
Al bij al een kleurrijk palet van mooie verschillen. Verschillen die hij ook landelijk aandacht geeft, Als referent voor Kerk en samenleving binnen de Nederlandse bisschoppenconferentie weten ook politieke partijen hem te vinden. Hij werd gevraagd voor een meditatie bij de opening van een ChristenUnie congres en daarop volgde eenzelfde vraag van het CDA. Al is het ongebruikelijk om een meditatie met applaus te onderbreken, het is wel een teken van instemming met de boodschap, dat hem dat overkwam. Een boodschap die hij hen overigens ook ongevraagd stuurt, laten betrokkenen ons desgevraagd weten en waar zij echt wel naar zeggen te luisteren. Zo staat hij ook op goede voet met andere geloofsgemeenschappen die hij ‘broederlijk’ bezoekt. Op de eerste plaats de kerken van de Reformatie, maar ook met Joden en islam gaat hij in gesprek. Gesprekken op groepsniveau maar ook in de vorm van twee- en driegesprekken over thema’s die zijn persoon en werk raken.
Nieuw is ook de jaarlijkse St. Janslezing (afgekeken van kardinaal Simonis) waar bestuurders uit de kerken en de politiek (burgemeesters en wethouders) in de kathedraal naar voordrachten luisteren met bijvoorbeeld als thema ‘Gemeenschapsopbouw in een geïndustrialiseerde samenleving’ met een co-referaat van de bisschop en een borrel en hapje na afloop om het netwerken te ondersteunen. De opkomst is prima!
Een beleidsagenda van alleen maar bruggen slaan, verbindingen maken tussen de meest uiteenlopende groepen. Niemand de maat nemen. Niemand proberen te overtuigen en juist alleen maar willen verstaan en begrijpen. Maar ook het aanspreken van mensen als het gevaar dreigt dat hun manier van communiceren de verbindingen beschadigt of dreigt te ruïneren. Ter afsluiting van ons drie uur durende gesprek zegt bisschop de Korte dat hij zijn doel bereikt heeft als katholieken (weer) fier en trots zijn op hun geloofsgemeenschap, hun kloostergemeenschap, hun verleden maar ook op hun medegelovigen die prachtig anders zijn in opvattingen en beleven. Want dan is hij er in geslaagd bruggen te slaan naar een toekomst die hij hoopvol tegemoet treedt. Bisschop de Korte is in het Bossche prima geland. Ze hebben het daar getroffen met zo’n bruggenbouwer. En het belangrijkste: hij is er heel gelukkig bij en schenkt een lekker ‘bakske’ koffie.
bron: maandblad De Roerom december 2019
beeld: ©bisdom den bosch, Ramon Mangold
Vind u dit een interessant artikel? Het is een van de interessante artikelen uit De Roerom. In het decembernummer treft u o.a. aan: gedachten over verstilling, bijzondere ontmoetingen; essentie van zorg; terugblik op de bijzondere bisschoppensynode in Rome; het nieuwe boek als hommage aan priester-musicus Maurice Pirenne.. en nog meer.
Overweegt U eens om een abonnement te nemen of een proefnummer aan te vragen: mail naar adm@deroerom.nl