Pleidooi voor oecumene-effectrapportage

Een oecumene-effectrapportage kan helpen de relaties tussen verschillende kerken te versterken en elkaars belangen mee te wegen, zo stelt Marcel Sarot • hoogleraar fundamentele theologie en decaan aan de Tilburg School of Catholic Theology  en voorzitter van de Katholieke Vereniging voor Oecumene in een opinie-artikel in het Nederlands Dagblad.

Het komt, zo schrijft Sarot, regelmatig voor dat kerken besluiten nemen die invloed hebben op de relatie met andere kerken.
Zo hebben de rk. bisschoppen de regels voor de aswoensdag vieringen, die steeds meer door kerken gezamenlijk wordt gehouden, zodanig veranderd dat gezamenlijk vieren van het begin van de veertigdagentijd praktisch onmogelijk wordt.

Het Nederlands Dagblad meldde afgelopen week dat de PKN het voornemen heeft de benaming “pastor” te gaan gebruiken voor kerkelijke werkers die een HBO-opleiding hebben gevolgd. In de rk.kerk is deze term voorbehouden aan diakens en priesters.

Dikwijls schrijft Sarot “gaat het in deze gevallen geenszins om bewuste pogingen de oecumene te dwarsbomen. Bovendien zal lang niet iedereen zich eraan storen, ook niet in de zusterkerk die je als benadeelde partij zou kunnen beschouwen. Maar in de praktijk, zo ervaar ik, fungeren dergelijke besluiten toch als speldenprikjes die de oecumenische relaties geen goed doen.”

Sarot ziet een oecumene-effectrapportage als oplossing. Iedere kerk zou zich moeten afvragen of een nieuwe maatregel gevolgen heeft voor de oecumenische verhoudingen, een eenvoudige melding of rechtstreeks overleg kan problemen voorkomen. De hoogleraar ziet een dergelijk contact dan als een teken van de goede wil om de onderlinge relaties niet te schaden.

bron; nederlands dagblad
beeld: parochie sint maarten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *