Seksueel misbruik in de katholieke kerk is voortdurend in het nieuws. Frans Vosman (moraaltheoloog te Utrecht) schreef voor katholieknederland.nl een column die de moeite van het lezen waard is omdat hij de clichés en oppervlakkigheden overstijgt.
Met dank aan katholieknederland.nl.
Een RTL-journaliste vroeg me waarom er in Nederland nu ineens zoveel belangstelling is voor seksueel misbruik door religieuzen. Een goede vraag.
Misbruik en communieweigering
Aanleidingen kun je wel noemen, misschien ook wel een paar dieperliggende oorzaken. Een van de aanleidingen is bijvoorbeeld de eerdere berichtgeving over jezuïeten die veertig jaar geleden op een elitegymnasium in Berlijn seks hadden met jongens. Of de berichten over het katholieke jongenskoor de Regensburger Domspatzen. De koorleider zegt van niets te weten. Dan komt de vraag al gauw op of dat in Nederland zoveel anders is geweest. De overste van de Duitse jezuïetenschool is uiterst gewetensvol en adequaat met de kwestie omgegaan. Hij erkende de verantwoordelijkheid van de sociëteit jegens de jongeren van toen. Een andere, meer zijdelingse, aanleiding is de weigering van een Bossche pastoor om het Lichaam van Christus uit te reiken aan prins carnaval in Reusel, met als reden: hij is openlijk homo en woont samen.
Seksuele moraal
Het misbruik en de communieweigering brengen de seksuele moraal van de kerk weer in de belangstelling. Die moraal verbindt seks met de liefde van een man en vrouw in een vrijelijk aangegane verbintenis voor het leven. Hoewel dat idee breed gedragen is, blijkens herhaaldelijk onderzoek ook onder jongeren, lukt het de officiële Kerk niet zo goed om te laten zien wat de geloofsachtergrond van het huwelijk is. Is ze die zelf vergeten? Want in plaats van dat het als eerste en laatste over onvoorwaardelijke liefde gaat, gaat het vooral over beoordeling van iemands kerkelijke status: homoseksueel, samenwonend, gescheiden. De vergeten of minstens verstopte kern van de zaak is de onvoorwaardelijke, alles omvormende liefde van Christus die tot de gelovige komt en hen omvormt tot diezelfde onvoorwaardelijke liefde.
Hostie
Volgens de officiële moraal van de Kerk is er bij het uitreiken van de hostie geen oordeel aan de orde over homoseksueel zijn of over samenwonen op zich, maar alleen een oordeel of er seks is die niet heteroseksueel is en buiten een huwelijk plaatsvindt, of die als zondig is erkend. Ook is aan de orde of de gelovige eerst het sacrament van de biecht heeft gevierd. De pastoor van Reusel weet blijkbaar dat de prins homoseksueel is en samenwoont. Maar ik vraag me af in hoeverre hij weet wat de jongen seksueel doet en laat.
Intern en extern forum
Vergeten wordt blijkbaar het oude kerkelijk onderscheid tussen extern forum en intern forum. Om het klassiek te formuleren: wat wijs is om aan ordening in het openbaar aan te brengen en wat voor het geweten van de gelovige ten overstaan van God op het spel staat. Ondanks dat er herhaaldelijk op gewezen is, lijkt de kerkelijke leiding bovendien geen enkel besef te hebben van de grondig verschuivende verhouding tussen openbaar en privé in onze laatmoderne samenleving: wat de Kerk als geheim en privaat beschouwt (niet openlijk homo zijn) is in de samenleving strijdbaar openbaar en wat de Kerk voor morele ordening van de samenleving houdt (het huwelijk als hoeksteen) wordt in de laatmoderne samenleving losjes als terrein van de eigen autonomie beschouwt.
Twee missers
Twee missers dus: bij het ontvangen van de hostie die tot kwestie wordt, komen de kern van het geloof en de aan strikte onderscheidingen gebonden vorm van moreel oordelen niet over het voetlicht. Jammer, want de kerkelijke moraal is zeldzaam wijs. Dat wordt aanleiding tot de verontruste vraag: wat denkt de kerk in de laatmoderniteit toch in Godsnaam over seks? Maar eerst even terug naar de hevige publicitaire belangstelling.
Waarom nu?
Waarom na meer dan veertig jaar over seks van religieuzen met jongens en meisjes praten? Die seks was goeddeels bekend maar werd verzwegen. Seks door religieuzen hoort tot de onderwerpen waar veel mensen van weten, maar die niet tot gemarkeerde kwestie in de openbaarheid worden. Zo zijn er veel onderwerpen: velen weten er van, uit eigen ervaring of door wat je vrienden meemaken, maar het wordt geen issue. Een voorbeeld: ondanks alle nadruk op kwaliteit van zorg en op kwaliteitsmeting ondergaan veel patiënten evengoed toch beroerde zorg. We weten er van in de huiskamer en maken het niet tot een werkelijk issue in de openbaarheid.
Vanwaar de interesse?
Is er interesse voor religieuzen en seks vanwege de levenslange invloed op de jongeren van toen en de schade die de seks berokkend heeft? De paginagrote artikelen, van NRC en Volkskrant tot AD en Telegraaf, bevatten verhalen over seksueel geweld waardoor jongens en meisjes schade is toegebracht. De artikelen bevatten kleurrijke details. Veel van het seksueel geweld door religieuzen -want zo moeten we het beestje bij zijn naam noemen- was al bekend en was tientallen jaren géén aanleiding tot actie. Oók niet veertig jaar na de seksuele revolutie. De schade had dus lang geen aanzien. Is er dan interesse vanwege de schending van vertrouwen, in een samenleving die juist druk bezig is wantrouwen via procedures en controles te installeren? Uitgerekend de geestelijke moet je kunnen vertrouwen maar die bleek begerig en grijpgraag. Of is er nu interesse omdat de autoriteiten in de kerk de wandaden niet erkennen? Een laatste trap tegen het bijna uitgedoofde kerkelijk gezag? Al deze kwesties spelen en de verhalen van de jongens en meisjes getuigen er van.
Diepere oorzaken
Wat zijn toch de diepere oorzaken van het seksuele geweld en van de publieke interesse? Op het diepere niveau van oorzaken van seksueel geweld is al eerder gewezen op het gebleken gevaar van gesloten groepsculturen zoals op seminaries, kostscholen en de vroege nationaal socialistische beweging: het inwrijven van identiteit en seksuele grensoverschrijding gaan hand in hand. Ook is gewezen op de samenhang van seksuele aantrekking en machtsongelijkheid.
Leger en studentengroepen
Die combinatie komt niet alleen op seminaries voor maar ook in andere gesloten groepen, zoals het leger en studentengroepen. De verhalen over seks in het leger en bij de ontgroening van studenten zijn ook erg kleurrijk. Ook daar spelen fenomenen van seksueel geweld. Aantrekkingskracht, machtsverhoudingen en zich afzonderen horen bij seks; seks is niet alleen lief, aardig en romantisch.
Moeite met het grensgebied
De samenleving heeft het er heel erg moeilijk mee dat er een groot grensgebied is tussen humaniserende geordendheid van seks en vernederende chaos. Seks verbindt zich met vele betekenissen en laat zich nooit voorgoed op één normatief gewenste betekenis vastleggen. Ook kan de samenleving niet met een zekere rust onder ogen zien wat voor gebruiken er in dat grensgebied bestaan: openlijk smoezen over seks, kijken en tasten, de overhand zien te krijgen en de onderliggende spelen, seks als snoepje in de mond, seks als de grote drug nemen, seks gebruiken als huurauto voor een diep verlangen naar liefde, seks die al de gapende gaten moet vervullen. De etnografie en de religiewetenschappen weten het nodige van dat grote tussengebied.
Celibaat
Misschien hoort het celibaat wel tot dat tussengebied. Het moet vooral niet afgeschaft worden. Celibatairen kunnen namelijk grote realisten zijn. Ik heb bijvoorbeeld een priester-hoogleraar het celibaat meer dan geloofwaardig zien leven, namelijk op eerbiedwaardige manier. Hij werd in ogen van velen waarlijk heilig – hij kon de realiteit met barmhartigheid onder ogen zien. Ook de werkelijkheid van zijn eigen geseksueerd zijn.
Meerzinnige seks
De Kerk en grote delen van de samenleving houden er niet van om de blijvende meerzinnigheid van seks onder ogen te zien. Seks is spanning, begerigheid, tederheid, oceanische stroming, ‘kinderen maken’, je levendig voelen, alles geven wat je kunt geven, enzovoort. Op de ochtend is de kus er een van onverschilligheid, ‘s avonds een kus van troost. Seks is meerzinnig. Wanneer je er alleen normatief naar kunt kijken en wanneer seks in kaders moet, misken je de eigen aard van seks. Seks kan zich met heimelijk en met grof geweld verbinden; kaders zijn dan goed. Maar seks is en blijft altijd meerzinnig.
Normale chaos
Moraal die geen ruimte maakt voor de normale chaos van de liefde (zoals Ulrich Beck zijn prachtboek noemde: Das ganz normale Chaos der Liebe) of alleen ruimte maakt in termen van doodzonde-en-vergeving regeert over de realiteit heen. Zulke moraal is tot bitter en schadelijk falen gedoemd. Die seksuele moraal is krachtig normatief maar vergeet wat seks is. Dramatiseren zoals aartsbisschop Zollitsch deed (seks door religieuzen: “altijd een afschuwelijke misdaad”) en alleen morele regels stellen doen de werkelijkheid uit het oog verliezen: seks blijft meerzinnig en het gebied tussen een gelukkig vermenselijkend heterohuwelijk en pure seksuele vernedering is groter dan de samenleving waar wil hebben.
Pornosurfen
Ik kijk uit naar een paginagroot diepgaand artikel in de NRC en het Katholiek Nieuwsblad over één avondje pornosurfen van digitaal Nederland: daar is alle meerzinnige betekenis van seks aanwezig, zonder morele verontwaardiging en zonder autoriteitsbetwijfeling, mét verlangen naar vervulling en warmte.
Frans Vosman