Tine Halkes : een leven voor ?feminisme en christendom?

recensie

 door Frans Wijnands –

Tine Halkes (1920 – 2011) heeft haar lange, werkzame leven gewijd aan, en gevochten voor feminisme en christendom. ‘De taal van revolutie en repressie paste zij – als gescheiden vrouw – toe op de katholieke kerk die vrouwen uitsloot. Ze bleef een plaats binnen de kerk claimen, vastbesloten om er zich niet uit te laten zetten. Al in 1941 schreef ze dat geloof behalve een kwestie van verstand  ook een kwestie van genade is. Die gaat niet zo maar weg als je boos bent op een bisschop’.

De Vlaamse kerkjurist en rector van de Universiteit van Leuven, Rik Torfs schreef in De Standaard van 26 maart 2016 een warme beschouwing over Tine Halkes naar aanleiding van  haar biografie die Annelies van Heijst en Marjet Derks hebben geschreven: ‘Catharina Halkes. ‘Ik verwacht iets groots’, levenswerk van een feministisch theologe’. Torfs is lovend over het boek dat hij ‘slim en diepgaand’ noemt, ‘dat de ijdele en ambitieuze Halkes naar waarde schat, maar haar geenszins spaart. Een boek dat tot nadenken stemt over cultuur , religie en feminisme’, wat Torfs ‘een evenwichtsoefening door de eeuwen heen’ noemt.

Haar leven lang heeft ze gevochten om erkenning. Ze studeerde Nederlands in Leiden, katholieke theologie in Utrecht en Nijmegen, waar ze hoogleraar werd. ‘In het midden van de jaren zeventig onderkende Tine dat de tijd rijp was voor feminisme binnen de theologie. Voor haar kwam die maatschappelijke beweging precies op het juiste moment en ze speelde er vaardig op in. Ze wilde de positie van de feministische theologie versterken, maar ook de hare’. Misschien wel in omgekeerde volgorde, merkt Torfs op, in elk geval zag ze ‘de formatieplaats die ze voor het vak ‘feminisme en christendom’ aan de universiteit van Nijmegen bepleitte, als bestemd voor zichzelf. Jarenlang geloofde ze oprecht dat de kerk, met de juiste argumenten, van binnenuit veranderd kon worden; ze vertrouwde op de ‘lange mars’ door de institutie ‘kerk’.

Ondertussen is het vak feministische theologie dat Halkes op de kaart zette, op de terugweg, constateert Rik Torfs met merkbare spijt. Volgens hem geldt dat trouwens voor vrouwenstudies als geheel. ‘Niet enkel het vrouw-zijn is een factor om rekening mee te houden, maar het verschil tout-court : ook etniciteit, klasse en lichamelijke validiteit genieten aandacht. Dat is onze tijdgeest’.

Wat Torfs bij Tine Halkes het meest fascineert is dat ‘het heden, de alledaagsheid, voor haar altijd iets bleef dat veranderd moest worden. Zij leefde meer vanuit de verwachting dan vanuit het hier en nu. Ze hield haar blik op de toekomst gericht’, zoals ook de titel van het boek suggereert: ’Ik verwacht iets groots’.

 

De Leuvense rector roemt het boek omdat het veel facetten van het katholicisme laat zien, allerlei gedachtegangen en tegenstromingen. Ook de werking van de geest, die heel vaak gewoon de tijdgeest blijkt te zijn. De feministische theologie gooide indertijd hoge ogen, schrijft hij. ‘Scherpe vragen rezen: steunt een stevige positie van de vrouw in de kerk op Bijbelse argumenten? Of is de gelijkheid van man en vrouw gewoon een mensenrecht dat aan alle religieuze bespiegelingen vooraf gaat?’.

Dat Tine Halkes een beetje passée is komt volgens kerkjurist Torfs mede, misschien wel vooral, omdat de culturele context veranderd is. Die is grimmiger, minder verdraagzaam dan in Tine’s hoogdagen’. En dat daagt volgens Torfs de lezer uit om ook over het eigen leven na te denken.

Niet gecategoriseerd