René Cuperus: “Europa heeft nieuwe bezieling nodig, ook door het christelijk-sociale denken” – Interview

“Wordt ons land zorgzamer, empathischer, meer solidair? Nee, is de trend”, zegt sociaaldemocraat René Cuperus. Onze gematigde, egalitaire verzorgingsstaat staat onder druk door EU, migratie, globalisering en islam. Dat is het gelijk van rechtspopulisten. Het christelijk sociaal denken moet hier een alternatief bieden, samen met linkse partijen onder een nieuwe naam.

Door Cees Veltman

“Ik herken veel in het christelijk sociale denken. Onze verzorgingsstaat en de sociale markteconomieën van na de Tweede Wereldoorlog zijn resultaat van een compromis tussen christendemocratie en sociaaldemocratie. Het christelijke sociale denken stond in dat compromis centraal. Daarop steunt de Nederlandse en Europese samenleving. En dat naoorlogse samenlevingsmodel – een gematigde, egalitaire middenklassensamenleving – staat nu onder druk. Dat model wordt bedreigd door het wildwest van de globale wereldorde en het staat onder druk omdat veel mensen anker- en oriëntatieloos zijn geworden”.

De doorsnee burger kent de historische wortels van dat unieke en succesvolle samenlevingsmodel niet goed genoeg en daardoor wordt het onvoldoende verdedigd, zegt René Cuperus (1960).

René Cuperus is cultuurhistoricus, columnist van de Volkskrant  en – wegens de ineenstorting van de PvdA – scheidend stafmedewerker bij de Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau van die partij. Openhartig steekt hij als sociaaldemocraat de hand in eigen boezem op het Haagse Plein, waar wij elkaar treffen onder toeziend oog van Willem van Oranje, wiens standbeeld voor de Tweede Kamer staat.

“In die globale wereld hebben we veel aan Europese samenwerking, maar we kunnen niet al onze kaarten daarop zetten. Het is een misverstand om te denken dat de EU de nationale democratie geheel en al zou kunnen vervangen. Want de EU zal nooit een als volwaardig gevoelde democratie zijn, aldus Cuperus, die zich naast cultuurchristen, ‘kritisch Europeaan’ noemt. Hij wordt per 1 oktober strategisch adviseur bij het ministerie van Buitenlandse Zaken.

De meeste Nederlanders voelen zich wel Europeaan, blijkt uit enquêtes.

“Ik ook, maar naast en niet ter vervanging van het Nederlanderschap. De vraag is of Nederlanders zich ook Brusselaar voelen, verbonden met Brusselse politiek. Ik ben gek op Europa, maar voel me meer een transnationale Europeaan. Ik heb het Europa lief van diversiteit en variëteit, het Europa van de hoofdsteden: Berlijn, Lissabon, Parijs, Warschau. Ik verzet me tegen de gedachte dat Brussel, de Europawijk der Eurocraten, Europa is, of zou mogen bepalen wat Europa is.

Die Eurocratie raakt steeds meer losgezongen van de landen. Het is een soort Brusselse mandarijnen-kaste. Om daarin toe te treden dien je, naar goed Frans gebruik, alle Europese regels voor het Concours (zeer zwaar toelatingsexamen voor een vaste baan bij de Europese Unie – red.) uit je hoofd te leren. Maar eenmaal binnen word je voor het leven benoemd bij een van de Europese instellingen. Dan mag je belastingvrij uniforme richtlijnen gaan opstellen voor een keizerrijk van bijna 500 miljoen inwoners. Moet ik dat democratische vooruitgang noemen?

De Eurocratie raakt steeds meer losgezongen van de landen

 

En dan is er in Brussel ook sterk een houding van ‘wij zijn de echte Europeanen, die dwars gezeten worden door de nep-Europeanen in de lidstaten’. Een zeer contraproductieve houding, die veel kapot maakt in het begrip voor Europese politiek. De technocraten in Brussel zien de nationale lidstaten als een probleem dat de eenwording in de weg zit. Terwijl, de lidstaten de kern zijn van Europa.”

Wordt de Europese Unie ooit een echte democratie?

“Dat is nog steeds een open, onbewezen vraag. Ik denk eigenlijk van niet. Europese samenwerking is goed en nodig tegen externe bedreigingen, maar om nu te zeggen: we offeren de nationale democratie op voor een totaal onbekend iets, namelijk een non-democratie van bijna een half miljard inwoners met grote en kleine landen, met alle cultuurverschillen? Er is geen expert die kan uitleggen of dat een democratie kan worden. Daarvoor is ook vertrouwen van de burgers nodig en dat ontbreekt nu vaak. Nationaal gaat het al niet zo lekker met politiek vertrouwen in politici, laat staan in dat ingewikkelde labyrint van de Europese Unie.

Europa is voor mij in de kern een optelsom van nationale democratieën, dat is voor mij de magie van Europa. Nationale democratieën die met elkaar soevereiniteit delen en zo tot een Europees algemeen belang besluiten. Maar die democratieën staan tegenwoordig zelf onder druk van populisme, salafisme en migratie. Nationaal gaat het democratisch proces al moeizaam, laat staan op Europese schaal met al die complexe instellingen. Denken dat je nationale staten zomaar even kan vervangen door Europa: dat is de grote misrekening van de EU geweest.”

Het idee achter de EU was om voortaan oorlog tussen de erfvijanden Duitsland en Frankrijk onmogelijk te maken.

“Dat is natuurlijk waar, maar niet het hele verhaal. Als historicus verbaast mij dat in de Europa-mythologie de Tweede Wereldoorlog eigenlijk geen duidelijke rol speelt. Niet voor niets is de iconische foto van Europese verbroedering, de hand-in-hand-foto van Mitterrand en Kohl op de massabegraafplaats in Verdun. Ik ben daar zelf veel geweest, op zoek naar de loopgraven. Dat is het verhaal van de Frans-Duitse erfvijandschap, van ontspoord nationalisme en grootmachtsdenken.

Maar de Tweede Wereldoorlog was toch vooral een snoeiharde vernietigingsoorlog tussen Duitsland en Rusland. Veel dramatischer dan in het Westen. De noodzakelijke verzoening van na 1945 had dus eigenlijk een verzoening met Rusland moeten zijn, meer dan met Frankrijk. In plaats daarvan stortten we ons in een hoog-riskante Koude Oorlog met Rusland. Dat ligt natuurlijk ook aan Rusland zelf, van massamoordenaar Stalin tot aan het nieuwe revanchisme van Poetin. Maar belangrijk is vast te stellen dat de Europese Unie niet het antwoord is op de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog.

De Europese Unie is niet het antwoord op de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog

 

Heel Oost-Europa blijft een kwetsbaar gebied en het is de taak van de EU om alle landen met elkaar te verzoenen. Oost- en West-Europa moeten niet opnieuw uit elkaar drijven zoals tijdens de Koude Oorlog. Er zou naast terechte kritiek op het radicaal-nationalisme van Hongarije en Polen en hun riskante omgang met de westerse liberale rechtstaat, ook wel wat meer nieuwsgierigheid mogen zijn naar het waarom van die posities. De omgang met die landen is de afgelopen decennia niet heel subtiel geweest. Als ik in Hongarije of Polen kom, klaagt men over de manier waarop hele sectoren van de economie werden overgenomen door westerse bedrijven. Door Duitse en Oostenrijkse met name. Zij hebben de Oost-Europese banken overgenomen, of de media. Daarmee praat ik dat agressieve nationalisme niet goed; maar ik probeer het beter te begrijpen. Het komt voort uit frustratie en minderwaardigheidscomplexen. Dus voorzichtigheid is geboden. We moeten ervoor oppassen dat de EU geen splijtzwam wordt.”

Kan het christelijk sociaal denken meer begrip tussen landen bevorderen voor eerlijke samenwerking omdat het uitgaat van fundamentele gelijkwaardigheid en respect voor elke burger?

“Ja, dat kan. Het Europees samenlevingsmodel is schatplichtig aan de christelijke erfenis. Daarvan ben ik overtuigd. Ik zit altijd vrij dicht tegen de christendemocratie aan met haar relationele wereldbeeld. Dat christelijk sociaal denken verdedigt de samenleving tegenover de staat en de economie, tegenover regelsystemen die de mens behulpzaam kunnen zijn, maar ook kunnen vernederen en vernietigen. Ik heb wel stukjes geschreven over ‘heimwee naar het CDA’. Het enige probleem is dat het bij die partij vaak bij zondagsretoriek blijft. Waar zijn de maatregelen? Het CDA zit te dicht op belangengroepen om consequenties te trekken uit het eigen denken en is, net als de sociaaldemocratie veel te ver meegegaan met het neoliberalisme.

De christendemocratie zou, net als de sociaaldemocratie, juist een halve verzetsbeweging moeten zijn tegen de huidige doorgeschoten marktsamenleving. De recente publicatie van het Christelijk-Sociaal Congres, ‘De kracht van verbondenheid, perspectieven in een netwerksamenleving’ spreekt me op zich  aan. Het wordt mij alleen iets te utopisch en onrealistisch als die verbondenheid nogal laconiek betrokken wordt op de wereld als geheel. Kosmopolitische verbondenheid: het klinkt prachtig. Maar die gaat de mens en de nationale democratieën te boven.”

De christendemocratie zou, net als de sociaaldemocratie, een halve verzetsbeweging moeten zijn

 

Nederland is volgens islamoloog Abdulwahid van Bommel in zekere zin een ideaal islamitisch land omdat het de belangrijkste islamitische levensvoorwaarden van rust en recht vervult.

“Volgens mij had de verwestersing van de moslims al veel verder gevorderd kunnen zijn. Dat enkele kinderen van de gastarbeiders van vroeger nu als salafisten aan het vechten zijn in Syrië is toch dramatisch? Mijn vrees is dat veel moslims niet integreren in onze westerse democratische rechtsstaat omdat ze onze manier van leven ‘onrein’ vinden. Dat integreert natuurlijk moeilijk, en lijkt te leiden tot een gesegregeerde samenleving. Tel uit je winst.

We hebben nu voor het eerst in de wereldgeschiedenis migranten die de samenleving waarin ze terecht zijn gekomen, afkeuren. Dat is zeer ongebruikelijk in de migratiegeschiedenis, en de vraag is hoe daarmee om te gaan. Tegenover zogenaamde progressieven die zo pro-migratie zijn, zeg ik: Je mag pas jubelen over migratie, als je weet hoe je van integratie een succes kan maken. Dat antwoord zijn ze nog steeds schuldig.”

Maar de meerderheid van de moslims in Nederland past zich wel degelijk aan.

“Er zijn zeker ook succesverhalen. Ik ken moslims die bij McKinsey of de ABN werken. We hebben Aboutaleb als rolmodel. Desondanks hoor ik nog altijd te weinig gematigde geluiden onder moslims. Te weinig zelfkritiek. Het gaat hier helemaal niet alleen om de islam. Ik denk dat de criminaliteit van ‘Marokkaanse’ jongens zelfs een groter probleem is voor de onderlinge verhoudingen in de multiculturele samenleving. Maar ook daar zie je weinig zelfkritiek en collectieve schaamte bij de Nederlands-Marokkaanse gemeenschap, laat staan actie om daar wat aan te doen. Dat zou heel belangrijk zijn voor het onderling vertrouwen.

Door jihadistisch terrorisme worden de spanningen er natuurlijk niet minder op. Dat vergroot wantrouwen en stigmatisering. Het beschaafde midden zal alles uit de kast moeten halen om de samenleving vredig te houden. De grote vraag is of de EU hier een oplossing voor is of juist een complicerende factor? Ik denk dat het allebei waar is. Veel Europeanen willen wel ‘meer Europa’ als het gaat om grensoverschrijdende problemen zoals migratie, buitenlandse politiek, klimaat, handel, terrorismebestrijding, maar ‘minder Europa’ als dat zich inmengt in nationale democratieën en economieën, en in de pensioenen of verplichte Europese aanbestedingen bijvoorbeeld. “

In het christelijk-sociale denken klinkt ook de notie dat de perfecte samenleving nu eenmaal onmogelijk is en dat pogingen die perfectie toch te bereiken zelfs schadelijk zijn. We zijn te veel op het negatieve gericht en denken te veel vanuit individuele autonomie terwijl mensen sociale wezens zijn. Wel kunnen we aansluiten bij hoopvolle initiatieven die de samenleving menselijker te maken.

“Ik zou zeggen: doe toch maar zoveel mogelijk je best om die perfectie te bereiken. Wat mij opvalt, is dat  christenen, de kerken, zich nauwelijks lijken in te spannen om de moslimbroeders van zusterreligie islam te helpen integreren in de westerse samenleving. Zij kunnen hen toch vertellen hoe je religie in een westerse rechtsstaat kunt uitoefenen. Op lokaal gebied gebeurt dat wel een beetje, bij ontmoetingen tussen kerkgemeenten en moskeeën, maar politiek zie je hier totaal ongemak: het CDA schuift die taak als een hete aardappel voor zich uit en de SGP is bijna de PVV als het om moslims gaat.

Ook bij theologiestudenten merk ik ongemak over de islam. Ze weten niet of moslims nu bondgenoot zijn van christenen tegen de seculieren of tegenstander. Mijn idee is wel dat religie door alle negatieve berichtgeving over de islam enorme imagoschade lijdt. Voor alle kerkverlaters uit de jaren 1960 is de islam een herbevestiging van de kwade kanten van godsdienst: de intolerantie tegen niet-gelovigen, de onderwerping van de individuele vrijheid, de agressie tegen vrouwen en homoseksuelen, het fanatisme tot extreme gewelddadigheid aan toe. Dat is voor moderne en postmoderne mensen, levend in de geïndividualiseerde, seculiere, postreligieuze samenleving zo’n beetje de terugkeer naar de Middeleeuwen. Zo diep zit dat.

Religie lijdt enorme imagoschade door negatieve berichtgeving over de islam

En deze bevestiging van het negatieve beeld van religie, staat op gespannen voet met de aanvankelijke trend naar een zekere herwaardering van religie. Bij de geseculariseerde babyboomers merkte je een nieuwe nieuwsgierigheid naar geloof, zingeving en spiritualiteit. Gelovigen en seculieren liggen immers minder ver uit elkaar dan vaak wordt gedacht. Maar die ontwikkeling wordt nu in het hart getroffen door middeleeuwse beelden van de orthodoxe en radicale islam van wat religie is, namelijk een intolerant, vrijheidsbenemend, totalitaire bedoening. Daarmee dreigt een belangrijke kritiek op onze hyper-kapitalistische consumptiesamenleving weg te vallen. En dat is zonde.”

Cuperus pakt het nieuwste boek van filosoof Ger Groot uit zijn tas De geest uit de fles. “Groot schrijft over de pijn van de secularisatie. We hebben nog geen substituut, geen oriëntatie- en ankerpunten gevonden na de ‘doodverklaring’ van God. Na de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog dachten we die ankerpunten te hebben gevonden in de Verklaring van de rechten van de mens, de rechtsstaat en de Europese gedachte. Die staan nu allemaal onder druk van populisme, extreme islam en globalisering. Het nieuwe globaliserende kapitalisme bedreigt de verzorgingsstaat en de vaste baan voor iedereen. En vergroot opnieuw de ongelijkheden in de samenleving, zij het in Nederland nog in beperkte mate. Dat moet de sociaaldemocratie, de PvdA die zichzelf partij van de Arbeid noemt, zich heel erg aantrekken. Ook de vakbeweging. En nog steeds vragen die zich verbaasd af waarom ze zo impopulair zijn. Ongelooflijk. Kijk toch wat er gebeurt met banen, met gelijkheid. Onderwijs draagt nu minder dan vroeger bij aan gelijke kansen voor kinderen. Ook de PvdA is, net als het CDA, te ver meegegaan met de neoliberale politiek!”

De PvdA vraagt zich nog steeds af waarom ze zo impopulair is. Ongelooflijk, kijk wat er gebeurt!

Volgens de Amerikaanse econoom Stiglitz kan het Europese project alleen slagen als de Europese volken solidair zijn met elkaar. Scheld de Griekse schulden maar kwijt. De Griekse burgers hebben veel te veel de last gedragen van falende bestuurders en van de hardheid van de EU.

“Dat is waar, maar solidariteit met de Grieken vragen, ligt lastig als je in je eigen land die solidariteit niet ervaart, als je baan onzeker is, als de lasten van migratie op de zwakste schouders belanden, als je inkomen stagneert en als je als gevolg van dit alles weinig vertrouwen meer kunt opbrengen in de politiek. Dan wil je aan de noodrem trekken. Dan denk je misschien wel: fuck de Grieken, én de Fransen die al op hun zestigste met pensioen gaan terwijl jij doormoet tot je 68-ste.

Solidariteit is moeilijk als de Griekse elite haar geld stalt op Zwitserse banken in plaats van solidair te zijn met hun eigen landgenoten en gewoon belasting te betalen. Bedenk ook dat het beeld van ‘het rijke Noorden’ tegenover ‘het arme Zuiden’ vertekend is, want ook bij ons zijn veel arme mensen en in het Zuiden heb je veel rijken. Door het harde bezuinigingsbeleid van de afgelopen jaren zijn veel mensen in problemen geraakt.”

Je hebt minister Dijsselbloem ervan beschuldigd dat zijn bezuinigingspolitiek tot extra zelfmoorden heeft geleid.

“Nou, niet zo direct en persoonlijk, hoor. Ik heb zijn naam daarbij nooit genoemd. Het gaat om het bezuinigingsbeleid. Ik zag ergens dat dat heel dramatische gevolgen op persoonlijk vlak heeft. Door werkloosheid en faillissementen. Berekend is dat dat om 1200 mensen gaat! Dus extra, meer dan normaal. Dat is wat het kabinet heeft veroorzaakt! Als het economisch slecht gaat, gaat de Nederlandse politiek altijd extra bezuinigen in plaats van de economie te stimuleren. Dat komt omdat ambtenaren in de eerste plaats gericht zijn op de stand van de overheidsfinanciën, die moeten op orde zijn. Ze zijn niet bezig met de economie als geheel. Het ergste is dat de gemiddelde Nederlander dat heel begrijpelijk vindt: ja natuurlijk, het huishoudboekje van de overheid moet kloppen! Daar valt niet tegenin te redeneren. De meedogenloze behandeling van Griekenland levert ook veel euroscepsis op. Nu snappen de mensen het: o gaat dat zo! Kleine landen worden dus veel strenger aangepakt dan grote landen, zoals Frankrijk dat nog nooit één Europese regel heeft uitgevoerd.”

Was de Europese gedachte niet ook dat de rijken in Europa hun welvaart eerlijk zouden verdelen over Europa?

“Ja, maar daar zitten wel grenzen aan. Grenzen van redelijkheid en solidariteit. We hebben al veel structuurfondsen aan die landen gegeven en vrij veel belasting betaald daarvoor, maar we hadden niet verwacht dat zij als goedkope arbeidskrachten daar bovenop ook nog naar West-Europa zouden komen, en dat onze bedrijven naar Oost-Europa gingen voor goedkope arbeidskrachten. Het ideaal is om ook welvarende verzorgingsstaten te helpen opbouwen in Oost-Europa, maar dat is wat anders dan nu gebeurd is: meer dan een miljoen Polen zijn naar Engeland getrokken, één van de oorzaken van die tragische Brexit.

Er is onvoldoende tegendruk en tegenmacht tegen het heersende hyper-kapitalisme

Meer in het algemeen is een probleem dat de machtsbalans tussen kapitaal en arbeid in onze globaliserende wereld verstoord is geraakt. Er is ook onvoldoende tegendruk en tegenmacht tegen het heersende hyper-kapitalisme. Onder meer doordat de traditionele tegenkrachten in Europa, het christelijk-sociaal denken en de sociaaldemocratie, in de versukkeling zijn geraakt. Het grote probleem in Europa is nu dat we onvoldoende tegenwicht hebben tegen de markt. We hebben nu een marktsamenleving, niet meer alleen de markteconomie. De economie heeft de samenleving overgenomen waarin iedereen elkaars concurrent is geworden door de globaliseringsgekte.”

Kan die tendens teruggedraaid worden?

“Alles kan worden teruggedraaid, ik ben uiteindelijk optimist. Ik geloof in de positieve kracht en het leer- en improvisatievermogen van de mensheid! We hebben het 1000-jarig rijk van Hitler verslagen.  Het apartheidssysteem is afgeschaft. En veel dictaturen zijn verdwenen. Ik zie nieuw idealisme ontstaan. We zien het succes van Bernie Sanders in Amerika, Jeremy Corbyn in Engeland. Ik ben het niet in alles met hun programma eens, maar ze mobiliseren wel jongeren die hun flexibele baantjes zat zijn.

Maar als ik goedopgeleide jongeren oproep om tegen het systeem te protesteren dat dit soort onzekere baantjes creëert, hebben ze te veel begrip voor de werkgevers die het zo moeilijk zouden hebben in deze onzekere economische tijd. De linkse politieke partijen door heel Europa heen, de vakbonden, ook de kerken en de christelijk socialen – zelf te welvarend en elitair geworden – vormen te weinig tegenmacht tegen het wildwest kapitalisme.

De tegenmacht komt van het rechtspopulisme, van de Trumprevolutie. Van nationalistisch protectionisten, met een enge, xenofobe agenda. Als links dit laat lopen, geen connectie krijgt met de vroegere eigen aanhang – omdat men daarvan totaal vervreemd is geraakt en deze mensen alleen maar als enge bijna-fascistoïde xenofoben kan zien – dan zal links nooit meer een volksbeweging zijn die een tegenkracht vormt tegen een onrechtvaardig economisch systeem. Dan krijgt het rechtspopulisme vrij spel, met alle gevaren van dien.”

Je noemt jezelf ‘kritisch Europeaan’ en eurorealist. Hoe belangrijk vind je verdere integratie in Europa?

“Duitsland en Frankrijk denken dat het klimaat als reactie op de chaos rond Brexit en Trump, gunstig is voor uitbouw van de EU met maatregelen als toetsing van nationale begrotingen door Brussel, één Europese minister van Financiën aanstellen, het instellen van een tweede Europees parlement voor de eurozone en het toelaten van nieuwe lidstaten. Ik vrees dat het een totale misrekening is dat met de verkiezing van Macron in Frankrijk en opnieuw Merkel in Duitsland het populisme en de euroscepsis verslagen zouden zijn. We moeten veel voorzichtiger zijn en consolideren wat we nu hebben. Ik maak me zorgen over de opkomst van extremisme: zowel aan de kant van extreemrechts (zie de oprukkende neonazi-beweging in Duitsland), maar ook de opmars van het islamitische salafisme. Zijn we in staat als gematigd midden om de moslims in Europa te verzoenen met de rechtsstaatcultuur, en om extreemrechts te temmen?”

Hoe komt het dat het naargeestige politieke populisme het sterkst is in de meest gelukkige, welvarende en egalitaire landen?

“Ja, in Zwitserland, Oostenrijk, Denemarken, Zweden, Finland. En in Noorwegen zelfs, dat een soort Koeweit is met al zijn gas. Maar ook in Nederland en Vlaanderen. Juist daar bestaat veel onvrede onder de lagere middenklasse die het gevoel heeft dat het huidige paradijs bedreigd wordt door de EU, migratie, globalisering en islam. Het kan alleen maar minder worden. Ik ben bang dat het populisme daar wel een beetje gelijk in heeft. Ik ben toch een beetje een conservatieve sociaaldemocraat die zich zorgen maakt of onze verzorgingsstaat overeind blijft onder alle druk van buiten. Wordt ons land zorgzamer, empathischer, meer solidair? Nee, is de trend.

Er is nieuw elan nodig

We zijn bezig de lessen van de twintigste eeuw te verleren. We krijgen een verdeelde samenleving zonder dat er een positief en enthousiasmerend toekomstbeeld wordt geschetst. Er is nieuw elan nodig. Dat kan door een hergroepering van de linkse partijen onder een nieuwe naam. Jesse Klaver is inhoudelijk nog dunnetjes, maar hij kan een belangrijke enthousiasmerende factor zijn, met name voor de nieuwe generaties. Dan moet-ie wel inhoud boven vorm en beeld gaan stellen, en meer denkers om zich heen organiseren dan ‘beeldvoerders’. Het behoud van het Europese samenlevingsmodel heeft een sterke linkse beweging nodig, naast respect voor het christelijk-sociaal denken.”

bron: debezieling

 

Niet gecategoriseerd