Een twijfelachtig monument voor de poëtische pracht van Huub Oosterhuis

De ontdekking van de aarde, een omvangrijke verzameling essays van Huub Oosterhuis, verschijnt dinsdag. Theoloog Alain Verheij recenseert. ‘Veel taal is prachtig, veel gedachten zijn verrijkend, maar het gros bestaat uit opgewarmde Oosterhuiskliekjes.’

door Alain Verheij in Trouw

‘U zult wel begrijpen dat er aan uw gedichten nog heel wat ontbreekt eer ge een eigen stem hebt’, schreef de bejaarde Henriëtte Roland Holst in 1949 aan een tiener die haar zijn eerste gedichten had toegestuurd. Die tiener is inmiddels zelf hoogbejaard geworden, en niemand zal ontkennen dat het hem met verve is gelukt om zijn eigen dichterlijke stem te vinden – het gaat hier over Huub Oosterhuis.

Veel theologen hebben sindsdien geprobeerd de stem van Oosterhuis te evenaren of te imiteren, en misschien heb ikzelf mij daar ook weleens schuldig aan gemaakt, maar altijd tevergeefs: van deze man is er maar één.

Theoloog, spreker, schrijver

Alain Verheij (1989) is theoloog, schrijver en spreker. Zijn boek God en ik (2018) was Theologisch boek van het Jaar, daarnaast is hij auteur van Ode aan de verliezer en Geld en go€d. Verheij is lid van het Theologisch Elftal in Trouw.

In de loop der decennia heeft Oosterhuis zich laten kennen en gelden als een van de invloedrijkste Nederlandse theologen van zijn tijd. In de jaren zestig begon hij als jezuïetenpriester Nederlandstalige liederen te schrijven voor de rooms-katholieke liturgie. Dat deed hij met name voor de Amsterdamse Studentenekklesia, een christelijke studentengemeenschap.

Lees het volledige artikel in het Dagblad Trouw

beeld: youtube

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *