We zijn op de vlucht voor onze chaos

column

‘De eerste minister bleef er optimistisch bij.’

door André Lascaris op

Het was een bijzonder zuur kabinet, het hamerde erop dat er bezuinigd moest worden. De eerste minister bleef er optimistisch bij.

Uiteraard moesten de zwaksten in onze samenleving de zwaarste lasten dragen. Want zij zijn vaak afhankelijk van de staat en kunnen gemakkelijk onder de duim gehouden worden. Verpleeghuizen werden opgeheven en op vele activiteiten werd gekort.

Toen, als bliksem uit de hemel veranderde het beeld. Er werd omgeroepen dat de zure melk door een soort seculier wonder zoet was geworden.

De beste melk was voor het laatst bewaard. Het nieuwe kabinet kon gaan uitgeven. Het wordt weer leuk minister te zijn. We kunnen onze feestelijke kleren aantrekken.

Het ziet er niet naar uit dat de zwakkeren zullen krijgen wat zij verloren hebben in de schrale jaren hiervoor. Is dit de grote winst die we door te bezuinigen hebben verkregen? Of ligt de blijvende winst in de wetgeving die het gemakkelijker maakt mensen te ontslaan? Vaste banen worden zeldzaam.

De vraag dringt zich op of al die bezuinigen iets positiefs hebben achtergelaten. Ze hebben in elk geval vele mensen slapeloze nachten bezorgd.

Kunnen ze niet rekenen in Den Haag? Of kunnen ze dat te goed? Was het een verrassing voor Den Haag? Had de verkiezingsdag een ander resultaat laten zien en misschien een andere nieuwe regering?

We hebben een vreemd economisch systeem. We vinden het zelf eigenlijk een goed systeem en kijken neer op die vreemde voorouders van ons.

Zij hadden allerlei regels over wat wel en wat niet mocht. Op vrijdag mocht je markt houden, niet op donderdag en bovendien op een bepaalde plaats.

Waarom niet op vrijdag en donderdag en op allerlei plaatsen? Je hebt kans tweemaal meer te verdienen. In onze economische wereld hebben we nauwelijks regels, nu ja, we hebben er tienduizenden om bijvoorbeeld te zorgen dat er concurrentie blijft bestaan. Maar theoretisch hebben we een vrije economie.

Niet gecategoriseerd