De Duitse kardinaal Müller, hoofd van de Congregatie voor de Geloofsleer heeft een nieuwe doelstelling voorgesteld voor zijn congregatie: het verzorgen van de theologische structuur van een pontificaat.
Door: Andrea Tornielli, La Stampa
Müller geeft regelmatig interviews, onlangs nog in het Franse La Croix, over de komende synode (oktober). Hij sprak daarin over een nieuwe opdracht voor zijn congregatie, een opdracht die in de documenten die de compententies van zijn congregatie beschrijven nooit aan de orde is geweest.
De kardinaal stelde: ‘dat de komst van een theoloog als Benedictus XVI op de stoel van Petrus zonder twijfel een uitzondering was. Johannes de XXIII was geen theoloog en paus Franciscus is ook meer een pastor. “Het is onze missie”, zo de kardinaal, “om aan dit pontificaat een theologische structuur te geven”.
Dit is een opmerkelijk nieuwsfeit. Opmerkelijk als we ons herinneren wat in artikel 48 van de apostolische constitutie Pastor Bonus van Johannes Paulus in 1988 staat geschreven: “ het is de specifieke taak van de Congregatie voor de Geloofsleer om het geloof te bevorderen en de leer over het geloof en de moraal in de hele katholieke wereld veilig te stellen.”
Toch is de paus, ‘door de wil van Christus zelf de opperste herder en leraar van alle gelovigen,” zo sprak Franciscus aan het einde van de vorige zitting van de Synode.
Tot voor enkele tientallen jaren geleden was de paus zelf de voorzitter van de Congregatie voor de Geloofsleer, Paulus VI was de laatste die dat zo opnam.
De uitspraken van Müller, openen van de ene kant een nieuw leerstellig scenario in relatie tot de traditie van de kerk, van de andere kant lijkt hij ook te zeggen dat het huidige pontificaat (en ook dat van Johannes XXIII) volgens Müller in theologische structuur te kort komen.