Column februari 2013

God of de Mammon

God of de Mammon

De tijden zijn aan het veranderen. Het begint op te vallen dat het streven naar steeds meer  efficiëntie, winst en rijkdom ons niet gelukkiger heeft gemaakt. Het ‘schuurt’ dat niemand  meer tijd lijkt te hebben. En het irriteert ons dat mensen waarvan we uit hoofde van hun functie hadden mogen verwachten dat ze het algemeen belang dienden, vaak vooral voor zichzelf bleken te zorgen. We willen het anders. Maar de manier waarop we dat proberen te bereiken werkt vaak averechts.

Telkens wanneer we een misstand in de krant lezen groeit de roep om strengere regels en betere handhaving ervan. En om het gedrag van mensen een positieve wending te geven zoeken we naar intelligente manieren van belonen.  Maar als we de wereld echt willen verbeteren werkt zo’n insteek niet. Wat mensen echt gelukkig maakt is liefde en de wetenschap een zinvol leven te leiden. Misschien wordt het tijd meer energie te stoppen in het ontwikkelen en onderhouden van het goede in plaats van met alle kracht het slechte proberen te onderdrukken. Men kan tenslotte maar één heer dienen.

Natuurlijk is het van belang dat er goede regels zijn. Maar wanneer je echt fout wilt, valt iedere regel of wet te omzeilen. Bovendien dwingen regels en protocollen mensen in een keurslijf zodat ze precies doen wat volgens de regels correct is. Dat is niet per se hetzelfde als doen wat goed is. In Japan schijnt een kind te zijn vermorzeld doordat een leraar met kracht de schoolpoort dichtgooide toen de jongen een minuut te laat het schoolplein oprende. Volgens de regels handelde hij correct. En professionele opvoeders weten allang dat telkens gewenst gedrag belonen vaak averechts werkt. Beloon een kind voor elk boek dat het uit heeft en het zal bij het kiezen van een volgend boek naar het aantal bladzijdes kijken en niet meer naar de inhoud. Beloon een school slechts voor het behalen van prachtige examenresultaten en leraren dreigen te verworden tot examentrainers. Bovendien zullen kinderen steeds vaker examen doen op een lager niveau dan ze misschien wel aankunnen. Omdat zo het risico op zakken geminimaliseerd wordt.

Met straffen en belonen, met wortel en stok krijg je een ezel wellicht vooruit. Om de wereld een beetje mooier te maken is dit op z’n best niet goed genoeg. We moeten juist veel meer aandacht hebben voor deugden. Ook in ‘deugen’ kun je oefenen. En niet alleen binnen de opvoeding. We hebben mensen nodig met de wil om te doen wat goed is. En de mogelijkheden en ruimte om juist dat ook te doen. Elkaar weer opvoeden in ‘willen deugen’ dus. We kunnen tenslotte maar één heer dienen. God of de Mammon.

RP.