Kerk en jonge mensen synodeblog dag 11

Op weg naar huis na de sessie van deze morgen kreeg ik de indruk dat er in de straten rond het Vaticaan een verandering in taal heeft plaatsgevonden. Overal klonken vrolijke en levendige Spaanse stemmen. Hoewel zeven vrouwen en mannen gisteren werden heilig verklaard, domineren de ‘volgelingen’ van de Salvadoraanse Oscar Romero duidelijk het stadsbeeld van Rome. De vreugde van “hun” nieuwe heilige is overduidelijk. Ze moesten lange tijd wachten en zijn des te dankbaarder voor de heiligverklaring van een man die echt hoop en kracht schenkt.

In het Evangelie van gisteren vraagt de rijke jongeman hoe hij het eeuwige leven kan winnen. Jezus maakt duidelijk dat iemand die vasthoudt aan zijn bezittingen, aan zijn macht en aan de zorg om zijn reputatie niet in het koninkrijk van de hemel zal komen. Hij zal bedroefd heengaan en vreugde zal hem niet vervullen. Er kon geen beter evangelie zijn gekozen voor de aartsbisschop van El Salvador, de heilige Oscar Romero.

 

Maar dit evangelie is ook een zeer goede echo en goede samenvatting van wat te horen is op de Synode: De jonge man uit het evangelie is een foto voor de Kerk – zij moet, wil ze een ambassadeur voor de vreugde van het evangelie zijn, los laten, om te worden zoals ze bedoeld is. Binnenkant en de buitenkant moeten bij  elkaar passen.

Op dit punt is het ook duidelijk dat de term ‘Kerk’ heel verschillende betekenissen krijgt bij de synodevaders.
Soms is er sprake van “de kerk en de jeugd” alsof de jongeren geen deel van de kerk zijin, maar dat zijn ze wel degelijk! Jongeren, gedoopt en gevormd, maken deel uit van die ene kerk.
Een andere keer spreekt men over “de kerk, die arm moet worden”, maar eigenlijk bedoelt men de hiërarchie. Het evangelie is niet alleen voorbehouden aan de hiërarchie, Jezus spreekt tot ons allen. Wij allemaal moeten onze rijkdom aan bezittingen, macht en meningen loslaten, anders is het geen samen-leven. Kerk is het Lichaam van Christus en zij omvat veel meer dan alleen bisschoppen!

Dat is de zorg en, denk ik, de uitdaging van deze synode: hoe kunnen bisschoppen en jongeren, priesters en leken, alle gelovigen, elkaar als kerk zien? En natuurlijk dan ook volgens dat inzicht leven en samen onderweg zijn, en dat moet ook in de organisatie zichtbaar worden.
De vraag is nu aan de orde:  hoe verstaan we als kerk die saamhorigheid? Wezenlijk is dan of men het begrip “roeping” beperkt verstaat als roeping tot het priesterschap of tot religieus leven of dat het van toepassing is voor alle gelovigen die door God geroepen worden , als mens, als christen tot dienst aan kerk en wereld. Daaruit volgt de conclusie dat iedereen verantwoordelijkheid kan dragen en serieus genomen moet worden. 

Vanmorgen hebben wij, de Duitstalige groep, het werk aan het tweede deel van het basisdocument voltooid. Dit deel draagt als kop  “interpreteren”. Hoe duiden wij de werkelijkheid die vanuit jongeren op ons afkomt?
Er werd ook gestemd over het verslag en opmerkingen die vanuit onze groep in de synode-aula zullen worden gepresenteerd.

Alles wat ik schrijf is mijn persoonlijke indruk. Dat gaat ook zeker op voor het volgende:

Op een of andere manier leek het moeilijk om in deze fase van het proces van de synode bij het “duiden” blijven.
Wat is de betekenis van wat we hebben waargenomen?
Toen we afgelopen vrijdag met onze besprekingen startten, waren er zeker aanknopingspunten, maar in onze taalgroep is het niet gelukt om het gesprek bij elkaar te houoden en we verdwaalden tussen het verder waarnemen (de eerste stap) en het zoeken naar oplossingen (derde stap). 

Ik kijk uit naar de bijdragen uit de andere taalgroepen die we vanmiddag zullen horen, of zij wel resultaat hebben geboekt.

Maar wie weet worden creatieve theologen nu aangespoord om meer werk te maken van een uitdieping van het begrip “roeping”.

 

 Clemens Blattert SJ