Kerk en jonge mensen, synodeblog dag 18

Het is vandaag een rustige studiedag in Rome. In de ochtend verzamelden we ons allemaal in de synode-aula waar de eerste versie van het slotdocument werd gepresenteerd. 

De redacteur die de leiding had over de redactiegroep, gaf enkele aanwijzingen voor het lezen van het document: men zou het binnen de totale context van de synode moeten lezen. Bij het doornemen en beoordelen van dit ontwerp moet men zich bewust zijn van het hele voorbereidingsproces, de presynode, het werkdocument, het slotdocument, de reactie van de paus, en vervolgens de uitwerking thuis in de eigen geloofsgemeenschappen en bisdommen – dat alles vormt die context.
Voor mij was er één centrale zin:  “We willen met het afsluitende document geen recept afgeven maar punten aanduiden waaraan men kan toetsen hoe de dynamiek van deze weken verder gestalte kan krijgen.”

Daarna presenteerden secretarissen die verantwoordelijk waren voor de verschillende paragrafen hun onderdeel en tot slot werden we weg gestuurd om een en ander te bestuderen. Het document is in deze fase natuurlijk strikt vertrouwelijk.

In de wandelgangen hoorde ik een aantal verhalen over het er aan toe ging bij de verschillende secretarissen. Van zaterdag tot gisteravond hebben ze hard gewerkt en hebben lang gezocht naar een structuur voor het derde deel. Er waren veel verschillende benaderingen en het leek onmogelijk er een logisch geheel van te maken. Maar na uren van discussie werd een oplossing gevonden. Het leek wel een Pinksterervaring: plots gingen de deuren open.

 

De paus was ook betrokken bij deze ronde. Hij maakt veel tijd vrij voor de synode. Hij zat de hele middag bij de redactie, liet zich informeren over de  tekst en gaf commentaar.
Maar zijn belangrijkste bijdrage, zoals ik in deze dagen vaak heb gehoord van collega’s en bisschoppen op andere momenten: hij moedigt anderen aan zich niet in te houden en vrijuit te spreken.

Ik had gisteren ook nog een mooie ontmoeting met vier bisschoppen die belangstelling hadden voor mijn werk met de jongeren.
Een van die bisschoppen vertelde een bijzonder  verhaal: hij was pastoor in een plaats waar een fabriek stond van landbouwmachines. Toen hij de boodschap kreeg van zijn benoeming tot bisschop, ging hij naar deze fabriek en vroeg de arbeiders om zijn bisschopsstaf te maken. De fabrieksbaas zei dat hij dat niet kon, maar de arbeiders zagen het onmiddellijk zitten. En zo ontstond in de aanloop naar de wijding een mooie uitwisseling met de ambachtslieden, leerde de bisschop veel nieuws en leverde een goudsmid ook nog kleine ornamenten. Zo werd een speciale staf gecreëerd, die de bisschop tot op de dag van vandaag inspireert als hij moet vormen. Een bisschopsstaf uit een tractorenfabriek -signaal van een synodale kerk, waarin iedereen zijn vaardigheden inbrengt. Zo kan het vuur van de Geest verder uitgedragen worden. Dit vereist ook bisschoppen die de moed hebben om mensen serieus te nemen in hun vaardigheden en die hen durven  uitdagen naar nieuwe verten.

 

Clemens Blattert SJ