Franciscus noemt acht dimensies van bestrijding misbruik

In zijn slottoespraak tot de deelnemers van het topberaad over ‘De bescherming van minderjarigen in de Kerk’ heeft paus Franciscus acht dimensies opgesomd waar nieuwe kerkelijke wetgeving zich op moet concentreren bij de aanpak van seksueel misbruik.

De paus zei dat deze acht dimensies zijn ontleend aan INSPIRE, een reeks richtlijnen die onder leiding van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) werden opgesteld door tien internationale agentschappen die betrokken zijn bij de bestrijding van kindermisbruik.

Deze richtlijnen noemt Franciscus om twee extremen te vermijden: “Een justitialisme, uitgelokt door schuldgevoelens over begane fouten en door druk van de media, en een defensiviteit, die niet in staat is de oorzaken en gevolgen van deze zware misdrijven onder ogen te zien.“ 

Acht dimensies:

1. Kinderbescherming. Het hoofddoel van elke maatregel is het beschermen van minderjarigen en het voorkomen dat zij het slachtoffers worden van welke vorm van psychisch of fysiek geweld dan ook. Volgens de paus is daarbij een “mentaliteitsverandering” noodzakelijk, zodat de slachtoffers altijd op de eerste plaats komen. Franciscus citeert hier uit het Mattheüsevangelie (18,6), waarin Jezus zegt: ‘als iemand een van deze kleinen die in Mij geloven aanstoot geeft, zou het beter voor hem zijn als men hem een molensteen om de hals hing en hem liet verdrinken in het diepste van de zee’.

2. Onberispelijke ernst. Franciscus herhaalt dat in alle gevallen misbruikplegers moeten worden aangegeven bij de gerechtelijke autoriteiten. “De Kerk zal nooit proberen een geval te verdoezelen of te bagatelliseren.”

3. Daadwerkelijke zuivering. De clerus moet worden gezuiverd. De Kerk zal expertises inwinnen hoe de vorming van geestelijken kan worden verbeterd en hoe voorkomen kan worden dat “dergelijke catastrofes” gebeuren.

4. Vorming. “Dit betekent dat de noodzakelijke selectie en training van priesterkandidaten niet alleen gebaseerd mag zijn op negatieve criteria, die primair zijn gericht op het uitsluiten van problematische persoonlijkheden, maar ook op basis van positieve normen: geschikte kandidaten moeten een uitgebalanceerd vormingstraject aangeboden krijgen dat gericht is op heiligheid, die de deugd van kuisheid omvat.”

5. Versterking en verificatie van richtlijnen van bisschoppenconferenties. “Geen enkel misbruikgeval mag ooit worden verhuld (zoals vroeger gebruikelijk was), want de verhulling van misbruik bevordert de verbreiding van het kwaad en maakt het schandaal alleen nog maar groter.”

6. Begeleiding van misbruikslachtoffers. De Kerk heeft volgens de paus de plicht om slachtoffers de noodzakelijke hulp te verlenen en daarbij gekwalificeerde deskundigen in te schakelen. “Het kwaad dat hun immers is overkomen, veroorzaakt ongeneeslijke wonden, die ook de vorm van haat en zelfdestructieve neigingen kunnen aannemen.”

7. Digitale wereld. Allen die in de Kerk werkzaam zijn, moeten zich ervan bewust worden dat de digitale wereld veel meer met misbruik te maken heeft “dan ment denkt”, zei de paus. Franciscus bekrachtigt hier de kerkrechtelijke normen die in 2010 door paus Benedictus XVI werden bekrachtigd, volgens welke het verwerven, bewaren en verbreiden van pornografische beelden van minderjarigen “jonger dan 14” als een misdrijf wordt aangemerkt. Franciscus: “Nu vinden we dat deze leeftijdsgrens omhoog moet.”

8. Sekstoerisme. “De strijd tegen sekstoerisme vereist meer gerechtelijke pressie; de slachtoffers van dit criminele fenomeen moeten echter ook re-integratiebijstand en re-integratieprojecten aangeboden krijgen. De kerkelijke gemeenschappen worden opgeroepen om de pastorale zorg te versterken voor mensen die worden uitgebuit door sekstoerisme”, aldus de paus.

bron: kro.nl